Direct naar content

De rente op spaargeld is tot het nulpunt gedaald. Maar als u in box 3 boven het heffingvrije vermogen van ruim € 30.000 (2020) per persoon uitkomt, moet u toch belasting betalen. Bovendien knaagt ook inflatie aan de koopkracht van uw spaargeld. Per saldo gaat u er hierdoor op achteruit. Wat zijn interessante alternatieven?

Voor elk wat wils

Er zijn allerlei mogelijkheden die een gunstiger resultaat kunnen opleveren. Welk alternatief bij u past, hangt af van uw persoonlijke omstandigheden en voorkeuren. Sommigen gaan beleggen met de kans op een hoger rendement, maar ook een hoger risico. Anderen investeren in een tweede huis of verduurzamen hun eigen woning door isolatie, zonnepanelen of een warmtepomp. Of lenen spaargeld uit aan kinderen om ze te helpen bij de financiering van een eigen huis. Maar er zijn nog veel meer mogelijkheden. Hierna bespreek ik er een paar.

Vermogen op peildatum bepalend

De belasting in box 3 die u over een belastingjaar moet betalen staat los van het werkelijke rendement dat uw vermogen oplevert. En staat feitelijk al vast op 1 januari (peildatum). Veranderingen in uw box 3-vermogen in de loop van 2020 hebben dus pas voor het eerst effect voor de box 3-heffing in 2021. Het is goed om dat bij de hierna te bespreken suggesties in gedachten te houden.

Aflossen op woninghypotheek

Als u spaargeld gebruikt om af te lossen op uw eigenwoningschuld in box 1, vermindert uw box 3-vermogen. Het rendement dat u gaat missen op het spaargeld waarmee u aflost, is momenteel nihil. Terwijl u de box 3-belasting over dit spaargeld voortaan niet meer betaalt.

Verder betaalt u voortaan ook geen hypotheekrente meer over het bedrag waarmee uw eigenwoningschuld daalt. Voor een eerlijk vergelijk moet u daarbij uitgaan van de netto hypotheeklasten na verrekening van de belastingaftrek in box 1. Maar het bedrag waarmee uw netto lasten dalen is sowieso meer dan de helft van het bedrag dat u minder aan hypotheekrente betaalt. De belastingaftrek kan namelijk nooit meer dan 46% (2020) van de betaalde hypotheekrente bedragen. En dan moet u de rente ook nog in de hoogste belastingschijf (inkomen box 1 boven € 68.507) kunnen verrekenen.

Houd er wel rekening mee dat aflossen van schulden vóór het einde van de contractuele rentelooptijd, tot gevolg kan hebben dat u een vergoedingsrente aan de bank moet betalen. De vergoedingsrente bij aflossing van een eigenwoningschuld is fiscaal aftrekbaar in box 1. En is in 2020 nog tegen maximaal 46% verrekenbaar. Na 2020 daalt het maximale verrekentarief verder met sprongen van 3%-punten tot uiteindelijk circa 37% vanaf 2023.

Bedenk ook goed dat door af te lossen op een eigenwoninglening geld komt ‘vast te zitten in stenen’. Het is niet altijd makkelijk om dat geld op een later moment weer vrij te maken. Als u het afgeloste bedrag later weer als lening kunt opnemen, zal de lening normaliter in box 3 zitten. Wat overigens niet per se een nadeel hoeft te zijn. Een schuld in box 3 kan bij de huidige lage rentes al snel meer fiscaal voordeel opleveren dan een schuld met renteaftrek in box 1.

Verder moet worden opgemerkt dat de afweging om wel of niet af te lossen een stuk ingewikkelder ligt bij een (bank)spaarhypotheek. In veel gevallen is het niet voordelig om zo’n (bank)spaarhypotheek te beëindigen. Laat u daarover goed adviseren.

Schenken aan kinderen

Beschikt u over spaargeld dat u structureel kunt missen? Dan kunt u overwegen om dit bij leven alvast aan uw kinderen te schenken. Door vermogen te schenken daalt uw box 3-vermogen. Tenminste, als het ontvangende kind meerderjarig is. Zelf betaalt u dan geen box 3-belasting meer over het geschonken vermogen. Maar het hangt af van wat uw kind met het vermogen doet of ook op familieniveau voordeel ontstaat. Voegt uw kind het geschonken vermogen toe aan zijn of haar eigen box 3-vermogen? Dan is hierover nog steeds box 3-belasting verschuldigd (afgezien van het heffingvrije vermogen van ruim € 30.000 bij uw kind). Maar doordat het heffingssysteem in box 3 (nu nog) een progressieve structuur kent, kan het zijn dat uw kind toch minder betaalt dan uzelf.

Interessanter wordt het als uw kind het geschonken vermogen investeert in bezittingen die niet in box 3 vallen, bijvoorbeeld een eigen woning (box 1). Of het geld gebruikt om af te lossen op zijn of haar eigenwoningschuld in box 1. In dat geval betaalt ook uw kind geen box 3-belasting over het geschonken spaargeld. En bespaart uw kind bovendien de netto hypotheeklasten over dit bedrag dat het anders moet (blijven) lenen.

Los hiervan kan schenken ook nog om een andere reden fiscaal voordelig zijn. Als het spaargeld bij uw overlijden naar uw kinderen vererft, betalen zij vaak meer erfbelasting dan overdracht bij leven aan schenkbelasting kost. Bij grotere vermogens betalen kinderen al gauw 20% erfbelasting over de top. Bij schenking gelden bepaalde vrijstellingsbedragen, waardoor die bedragen tegen 0% over kunnen gaan. Als uw kind de schenking gebruikt voor de eigen woning, geldt onder voorwaarden zelfs eenmalig een vrijstelling van ruim een ton. En als u meer schenkt aan uw kind dan de toepasselijke vrijstelling, geldt tot € 126.723 (bedrag 2020) een tarief van 10% schenkbelasting.

Spaartaks-BV

Het kan aantrekkelijk zijn om spaargeld uit box 3 over te brengen naar een zogenaamde ‘spaartaks-BV’ of andere soortgelijke entiteit waarmee hetzelfde doel kan worden bereikt. Bijvoorbeeld een fonds voor gemene rekening. U ruilt dan de heffing in box 3 op basis van een forfaitair rendement in voor vennootschapsbelasting plus later box 2-heffing over het werkelijk gerealiseerde rendement. Maar als we ervan uitgaan dat het spaargeld 0% rente oplevert, zal de belasting in dat geval ook nihil zijn. Wat overblijft, is de besparing van box 3-heffing die u niet meer betaalt.

De besparing moet natuurlijk wel opwegen tegen de kosten van het optuigen, in stand houden en later eventueel weer afbreken van zo’n BV-structuur. Ook moet u ermee rekeninghouden dat het vermogen traceerbaar zal zijn vanwege de verplichting om de jaarcijfers van de BV te deponeren bij de Kamer van Koophandel. En als aandeelhouder met een belang van meer dan 25% wordt u ingeschreven in het in te voeren UBO-register.

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.