Bier: een bloeiende belegging?

Ga je voor een speciaalbiertje of alcoholvrij? Een lokaal biertje, IPA of toch liever gewoon pils? Bierdrinkers weten: de keuze is reuze. De meeste merken zijn niet van lokale brouwers maar van de drie grote brouwerijen: marktleider AB InBev, nummer 2 Heineken en nummer 3 Carlsberg. Wie zich deze zomer op een terras tegoed doet aan een Moretti, Affligem, Sol, Tiger of Desperados, drinkt bier uit de stal van Heineken. Graag even afwisselen? Dan biedt Heineken bijvoorbeeld de Pure Piraña, een hard seltzer bestaand uit koolzuurwater met fruitsmaak en een klein beetje alcohol. De Nederlandse grootmacht Heineken telt 165 brouwerijen in ruim 70 landen, samen goed voor maar liefst 250 verschillende bieren.

Blij met alcoholvrij

Ben je Bob, zeg het hardop. Die slogan was in 2001 het startsein voor overheidscampagnes die waarschuwden voor alcoholgebruik in het verkeer. Dat heeft gewerkt, want Nederlanders drinken steeds meer alcoholvrij bier. Dit segment beslaat nu 6,7 procent van de markt, becijferde branchevereniging Nederlandse Brouwers. Ook bieren met een laag alcoholpercentage van 0,5 tot 3,5 zijn populair. Vorig jaar werd hier drie keer zoveel van gedronken als in 2021.

Speciaalbier gewild

Naast alcoholvrij bier zit ook speciaalbier flink in de lift. Inmiddels is 11 procent van het gedronken bier een speciaalbier, denk aan blond, tripel en India pale ale (IPA). Maar ook binnen dit segment stijgt het percentage alcoholvrij/laagalcoholisch in rap tempo. Was dit in 2021 nog 3 procent, een jaar later was het al opgelopen naar 11 procent. De markt voor speciaalbier groeit veel sneller dan die voor gewoon bier. Het goede nieuws voor de brouwers: speciaalbier is zo’n 30 procent winstgevender, berekenden analisten van zakenbank Jefferies. We zijn bereid om er meer voor te betalen. Geen wonder dat Heineken, dat ervan uitgaat dat het marktaandeel van speciaalbier groeit tot 18 procent in 2028, erop gebrand is het merkenportfolio uit te breiden. Keus genoeg. Waren er in 2010 net iets meer dan 100 Nederlandse brouwers, tien jaar later waren dat er ruim 900. Afgelopen zomer kocht Heineken het Amsterdamse Oedipus, brouwer van bier als Avatar, Dorinku en Mannenliefde, te herkennen aan de spectaculaire, kleurrijke etiketten. Een paar jaar eerder nam het de Texelse Bierbrouwerij over, bekend van het speciaalbier Skuumkoppe. Andere brouwers volgen hetzelfde pad. Zo kocht Bavaria in 2021 de Haarlemse Uiltje Brewing Company.

Nostalgie van de microbrouwerij

Heineken haalt zijn speciaalbieren over de hele wereld. Zo kocht het Beavertown, een Londense brouwer. Die aankoop is illustratief voor de huidige biermarkt. Logan Plant, zoon van Led Zeppelin-zanger Robert Plant, startte de brouwerij een decennium geleden in zijn keuken en breidde de zaak stevig uit. Het is een trend: overal beginnen enthousiaste ondernemers hun eigen microbrouwerijtjes, die allerlei speciaalbieren brouwen, en bij bewezen succes worden ze vroeg of laat opgeslokt door grote concerns.

Bij Heineken snappen ze de nostalgische aantrekkingskracht van microbrouwerijen. Twee jaar geleden verhuisde het de pilsproductie van Heineken-dochter Brand van het Limburgse Wijlre naar een grote brouwerij in Zoeterwoude. Maar de locatie in Wijlre, ’s lands oudste bierbrouwerij, waar ze naar eigen zeggen al in 1340 (geen typefout) begonnen te brouwen, bleef open voor ambachtelijke speciaalbieren als Brand Up en Brand Imperator.

Beleggen in bier

We kunnen bier niet alleen drinken, we kunnen er ook in beleggen. Algemeen geldt beleggen in producenten van voeding en drank als defensief. Immers: consumenten eten en drinken, of het nu hoogconjunctuur of recessie is. Dat legt een bodem onder de beurskoersen, zoals die van AB InBev, Heineken en Carlsberg. Dit neemt niet weg dat brouwers, net als zoveel andere producenten, last hebben van de inflatie. De inkoopprijzen van grondstoffen zijn flink gestegen, waaronder de graanprijs door de oorlog in Oekraïne. Net als de kosten voor energie, verpakkingsmateriaal en transport. Daarnaast eisen medewerkers hogere lonen. Brouwers kunnen hogere kosten deels doorberekenen aan de consument, maar sommige redden het niet. Zo ging vorig jaar de Utrechtse brouwer De Leckere na 25 jaar op de fles. Gezien de opkomst van speciaalbier en alcoholvrij is beleggen in bier een no-brainer. Minpunt is wel dat de consumptie van pils al een tijdlang licht afneemt. Maar per saldo kun je je met een belegging in bier op de lange termijn niet zo snel een buil vallen. Bovendien levert het jaarlijks een redelijk dividend op. Over de hele linie hebben bieraandelen, net als de meeste aandelen in de levensmiddelensector, de afgelopen jaren iets slechter gepresteerd dan de bredere markt. Maar op de langere termijn blijken voedings- en drankaandelen een solide belegging. En zit het deze zomer tegen op de beurs, dan kunnen we hopelijk proosten op Oranje en onze olympiërs.