Een duurzame woning bespaart geld, is comfortabeler, is goed voor onze planeet én is uiteindelijk gemakkelijker te verkopen. Eigenlijk een “no-brainer” dus. Technisch en fiscaal is het verduurzamen of duurzaam nieuw bouwen geen eenvoudige materie, maar er is alle reden om voor duurzaam wonen te kiezen.
De duurzaamheid van een woning wordt vastgesteld door een energielabel. Dat label wordt door de overheid toegekend en maakt onderscheid in zuinigheidsklassen. A staat voor groen en zeer zuinig, G staat voor rood en zeer onzuinig.
Echt duurzaam wonen kan nog veel verder gaan. Van verantwoorde materiaalkeuze tot een woning die meer energie oplevert dan verbruikt. Hoe gaat dat in zijn werk, wat zijn de financiële en fiscale aspecten van duurzaam wonen en wat drijft mensen om te kiezen voor deze woningen?
Hoe en waarom Nederland duurzamer wordt
Wauter Ketelaar, expert duurzaam wonen bij ABN AMRO, heeft zich namens de bank verdiept in de belevingswereld van de consument als het gaat om duurzaam wonen. ‘Het valt op dat verduurzaming en duurzaamheid geen thema’s meer zijn die slechts voor een kleine groep mensen aansprekend zijn. We leven allang niet meer in de tijd dat – om het populair uit te drukken – duurzaamheid een thema is voor mensen met geitenwollensokken. Om een parallel te trekken: vroeger waren de producten bij een ecologische supermarkt duurzaam, nu geldt dat ook voor een groot deel van het assortiment van Albert Heijn.’
Niet alleen is verduurzaming, bijvoorbeeld door isolatie of zonnepanelen, goed voor de portemonnee – zonnepanelen zijn bijvoorbeeld ook een statement, meent Ketelaar. ‘Zeker als dat gekoppeld wordt aan gasloos wonen en de actuele politieke situatie. In Nederland is de roep om een zekere autonomie groot; we willen van het gas af want dan beschadigen we Groningen niet verder, maar ook omdat we minder afhankelijk willen zijn van het buitenland. Die hang naar autonomie zorgt er mede voor dat zonnepanelen in Nederland een hoge vlucht nemen.’
Maar er spelen natuurlijk nog andere factoren een rol, legt hij uit. ‘Ik denk dat die als volgt te vatten zijn: verduurzaming bespaart geld, verhoogt het wooncomfort én het helpt de planeet. De energierekening daalt en dat weegt op termijn in veel gevallen op tegen de kosten die gemaakt zijn om dat mogelijk te maken. De verbetering van het wooncomfort is iets dat consumenten vaak onderschatten. Isolatie van muren en vloeren werkt sterk comfortverhogend en de overgrote meerderheid van de mensen die hun huis op die manier heeft laten verduurzamen, is zeer tevreden en ervaart het positieve effect vaak als groter dan verwacht. En voor de planeet zijn minder emissies – het gevolg van een energiezuiniger woning – natuurlijk ook goed.’
Dus het gaat om de combinatie van de portemonnee, het verhoogde comfort en goed doen voor de planeet.
De uitdagingen en de oplossingen
De consument die openstaat voor het verduurzamen van zijn of haar huis staat voor drie barrières, legt Ketelaar uit. ‘In de eerste plaats is het geen eenvoudige materie. Het gaat zowel technisch als fiscaal om lastige beslissingen. Als bank helpen we de consument deze barrière te slechten door inzicht te geven, bijvoorbeeld met de tool van onze partner De Energiebespaarders. Hiermee krijgen consumenten gratis en online inzicht in de kosten en opbrengsten van het verduurzamen van hun woning.’
‘In de tweede plaats is het een uitdaging om te bepalen wat het juiste moment is om te verduurzamen. Voor de klant is het niet zozeer lastig te bepalen wat het juiste moment is. We zien op basis van onderzoek dat mensen verduurzamen als ze naar een nieuwe woning gaan of als ze (toch al) verbeteringen doen aan hun bestaande woning. De vraag is hoe wij als bank ze maximaal kunnen helpen op dat moment.’
‘In de derde plaats speelt geld natuurlijk een rol: verduurzaming is een investering en dat moet je kunnen financieren. De bank zal er altijd op wijzen dat het aanwenden van spaargeld, voor zo ver hier ruimte voor is, in de huidige tijd van lage rente, interessant kan zijn. Maar ook hier helpt de bank graag: voor een duurzaam huis mag meer worden geleend. Bovendien begint de gedachte steeds meer te leven dat een duurzaam huis couranter is. Zeker als je een jaar of tien vooruit zou denken en ziet hoe het overheidsbeleid zich steeds sterker richt op verduurzaming. Naar verwachting zal in de toekomst een huis dat up-to-date is beter verkoopbaar zijn. Men zal in toenemende mate kritischer worden op het energielabel dat rust op een huis.’
Hypotheek voor een duurzame woning
Masha Bril, pensioenexpert bij het Kenniscentrum Vermogensadvies van ABN AMRO MeesPierson, spreekt over de fiscale en financiële aspecten van duurzaam wonen. ‘Er zijn tot op heden helaas heel weinig speciale fiscale voordelen bij duurzaam bouwen. Wel is er een voordeel in de vorm van een hoger hypotheekbedrag. Investeer je in zonnepanelen op je dak die door de Belastingdienst als roerend worden beschouwd, dan is de hypotheekrente niet aftrekbaar.’
U kunt tot 106 procent van de waarde van de woning lenen als u investeert in energiebesparende voorzieningen. Het verschil tussen het reguliere maximum van 100 procent en 106 procent moet uiteraard volledig besteed worden aan energiebesparende voorzieningen. Daarnaast mag een bedrag van 25.000 euro buiten beschouwing worden gelaten bij het vast-stellen van de maximale lening op basis van het inkomen, wanneer de hypothecaire lening bedoeld is voor een ‘nul op de meter’-woning. De hogere hypotheekrente over dit grotere bedrag is meestal fiscaal aftrekbaar.
Daarnaast zijn er subsidieregelingen. Bij de aanschaf van bijvoorbeeld een warmtepomp ontvangt men afhankelijk van de soort warmtepomp een subsidie. De landelijke subsidieregeling op zonnepanelen is inmiddels verdwenen. In sommige gemeenten ontvangt men nog wel een subsidie als men zonnepanelen op het dak plaatst. Daarnaast kennen veel gemeenten leningen met gunstige voorwaarden als men investeert in duurzaamheid.
Het energielabel van de woning bepaalt hoe duurzaam de woning is. Bril: ‘De duurzaamste woningen zijn ‘nul op de meter’-woningen. Dat is een huis dat evenveel (of meer) energie opwekt dan nodig voor het huis en het huishouden. Bij zo’n woning wordt het netto-energiegebruik tot nul gereduceerd door slim gebruik te maken van energiebesparende en energie-opwekkende voorzieningen. Dat kan bijvoorbeeld
door zonnepanelen, warmtepompen en zonneboilers. Voor de bouw van dergelijke woningen is het meest extra te lenen. ABN AMRO wijst klanten hier ook op bij een hypotheekgesprek, omdat de bank duurzamere woningen belangrijk vindt.’
Het is echter niet gezegd dat meer lenen altijd voordelig is. Het kan voordelig zijn om met eigen geld een huis te kopen. De rente op een spaarrekening is momenteel zeer laag maar er moet wel vermogensrendementsheffing worden betaald. Wanneer men met eigen geld investeert in de woning die als hoofdverblijf wordt gebruikt, verlaat dat vermogen box 3.
Zonnepanelen en fiscale voordelen
Als u zonnepanelen aanschaft en stroom aan het net teruglevert, bent u BTW-ondernemer. Als BTW-ondernemer kunt u de BTW op uw investering terugkrijgen van de Belastingdienst. Voor niet-geïntegreerde zonnepanelen (naderhand op het dak gemonteerd) krijgt u 100% van de BTW terug. Voor geïntegreerde zonnepanelen (deze dienen ook als dakbedekking) slechts een derde van de BTW.
Om het geld terug te krijgen moet u zich aanmelden als BTW-ondernemer bij de Belastingdienst. Bent u in gemeenschap van goederen getrouwd? Dan meldt diegene wiens of wier naam op de energienota staat zich aan als BTW-ondernemer, legt Bril uit.
‘In het eerste jaar van aanschaf dient u ook een relatief klein bedrag aan BTW aan de Belastingdienst te betalen. De hoogte van het bedrag is afhankelijk van hoeveel stroom de panelen kunnen opleveren. De Belastingdienst heeft hiervoor een speciale tabel gemaakt die u mag gebruiken. Bij een niet-geïntegreerde zonnepanelen installatie die 5000 kWh vermogen kan leveren moet u honderd euro aan BTW afdragen aan de Belastingdienst. Dit bedrag wordt verrekend met het bedrag dat u aan BTW terugkrijgt.’
De jaren na aanschaf zou u in dit voorbeeld ieder jaar 100 euro aan de Belastingdienst moeten betalen. De wetgeving bepaalt dat als u minder dan 1.345 euro per jaar aan BTW moet betalen u bij de Belastingdienst een verzoek kunt indienen om ontheffing van administratieve verplichtingen.
Als ingangsdatum geldt 1 januari van het jaar volgend op het jaar waarin u de zonnepanelen heeft laten plaatsen. U hoeft vanaf dat jaar geen BTW meer af te dragen aan de Belastingdienst.
Duurzaam bouwen en WOZ-waarde
Gemeenten stellen elk jaar de WOZ-waarde van onroerende zaken vast. Investeringen in de woning zijn in de meeste gevallen onroerend. Dat betekent dus dat het investeren in duurzaamheid kan leiden tot een hogere WOZ-waarde. Deze waardestijging heeft gevolgen voor het eigenwoningforfait, de waterschapsbelasting en de onroerendzaakbelasting (OZB), legt Bril uit. Sommige gemeenten vinden dit onredelijk en komen met een tegemoetkoming. De vraag is of deze tegemoetkoming juridisch wel is toegestaan, zegt Bril. ‘Het zou mooi zijn als de wetgeving op dit gebied helderder wordt. Over het algemeen hoeft er geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd voor het verduurzamen van de woning. Als dat wel het geval is moet leges worden betaald. De gemeente kan bepalen dat geen leges verschuldigd is indien de woning wordt verduurzaamd.’
HUF HAUS
Antoin Bruijninckx (54) is ondernemer, woont in Bussum en hoopt in oktober samen met zijn vrouw intrek te nemen in hun nieuwbouwhuis in Bikbergen, nabij Huizen. Dit uiterst duurzame huis wordt gebouwd door de Duitse firma Huf Haus. Bruijninckx vertelt: ‘Investeren in een duurzaam huis is voor mij letterlijk een investering in de toekomst. We weten nu over de gevolgen van CO2-uitstoot, we weten van klimaatverandering, we weten dat Groningen beeft vanwege de gaswinning en we hebben nu de kans iets te doen. Daarom hebben wij gekozen voor dit zeer duurzame huis. Wij wonen nu nog in een pand uit 1880. Dat is inmiddels niet alleen te groot voor ons omdat de kinderen uit huis zijn, maar het is ook lastiger om de mate van duurzaamheid die wij willen, te realiseren in zo’n oud pand. Vandaar dat we kiezen voor nieuwbouw.’
‘Naast dat wij vinden dat Huf Haus esthetisch zeer fraaie huizen bouwt, hebben wij voor hen gekozen vanwege duurzaamheid en energie-efficiëntie. Ons huis krijgt geen gasaansluiting, maar wel driedubbel glas en lamellen die, in combinatie met domotica, het huis helpen verwarmen of verkoelen en voor een optimale luchtcirculatie zorgen. Door het gebruik van een warmtepomp en zonnepanelen is ons huis energie-zelfvoorzienend.’
‘De investering in ons nieuwe huis is geen zuiver financiële overweging geweest. De terugverdientijd is lang. Toch zou het goed zijn als we dergelijke duurzame huizen ook meer zouden bouwen vanuit een financieel oogpunt. Daarvoor is alleen wel nodig dat wij de waarde, bijvoorbeeld voor taxaties, van een huis anders gaan definiëren. De neveneffecten van de bouw en bewoning van een huis – van gebruikte materialen tot emissies – zouden moeten worden meegenomen in de waarde van een woning. Dan zouden we ook op financiële gronden kiezen voor duurzaamheid.’
Terugverdientijd en rendement
Als u zich als woningbezitter afvraagt waar u nu het beste mee kan beginnen als u uw woning wilt verduurzamen, dan is het antwoord: isolatie, stelt Bril. De terugverdientijd op het isoleren van muren, vloer en dak is gemiddeld zo’n 4 tot 9 jaar. Het netto-rendement op de investering die u erin doet, ligt op ongeveer 6 procent. Het rendement op zonnepanelen is minder goed voorspelbaar. Op basis van de huidige situatie is de terugverdientijd zo’n 6 jaar.
Het rendement ligt op ongeveer 4,6 procent (netto). Naar verwachting zal de huidige salderingsregeling veranderen. Bril: ‘Zelf reken ik met een netto-rendement van ruim 3 procent en terugverdientijd van ruim 6 jaar. Bij ‘nul op de meter’-woningen komt het vooral aan op andere dan financiële overwegingen om er toch voor te kiezen: Van zo’n woning gaat het groene hart van de eigenaar sneller kloppen.’ Het daadwerkelijk rendement is van vele (externe) factoren afhankelijk. Om een zo hoog mogelijke rendement te bereiken is het van belang dat alle energiebesparende maatregelen zijn afgestemd op uw persoonlijke situatie.
Help mee de doelen van Parijs te realiseren
Het Klimaatakkoord dat in 2015 in Parijs werd getekend door 174 landen, heeft als belangrijk doel om de opwarming van de aarde te beperken. Nederland, een van de ondertekenaars, heeft zich in het kader daarvan tot doel gesteld om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Woningeigenaren kunnen helpen dat doel te realiseren, door verduurzaming of duurzaam bouwen. Ondertussen helpen ze niet alleen de planeet, maar zijn ze in veel gevallen in financiële zin ook nog eens beter af. Verduurzaming is écht de moeite waard.