Gepubliceerd op:
Al jaren is een juridische strijd aan de gang over de heffing van sociale premies door Frankrijk. Dit gaat over huurinkomen en gerealiseerde ‘plus-value’ (verkoopwinst) van tweedehuisbezitters die al in een andere lidstaat van de Europese Unie sociaal verzekerd zijn. Daaraan lijkt nu een einde te komen. De Assemblée Nationale (lagerhuis) heeft ingestemd met een wetswijziging waardoor een belangrijk deel van de sociale premies voor deze groep komt te vervallen. De Sénat (hogerhuis) moet de wetswijziging bij de stemmingen in december nog wel bekrachtigen.
Heffing in strijd met EU-recht
Volgens de Europese basisverordening voor sociale zekerheid (nr. 883/2004) kan iemand slechts in één land tegelijk sociaal verzekerd zijn. Een persoon die in Nederland woont en/of werkt, is bijvoorbeeld normaliter in Nederland sociaal verzekerd. Toch begon Frankrijk na een aanpassing van zijn wetgeving in augustus 2012 met het heffen van 15,5% sociale premies van buitenlanders met een tweede huis in Frankrijk. Het Europese Hof van Justitie oordeelde in februari 2015 dat dit in strijd was met het EU-recht. Frankrijk moest de onterecht geheven sociale premies terugbetalen. Frankrijk paste vervolgens zijn wetgeving aan per 2016 en ging vrolijk door met heffen van 15,5% sociale bijdragen. De heffing nieuwe stijl was volgens Frankrijk niet meer in strijd met het EU-recht. Overigens steeg het tarief per 2018 tot 17,2%.
Nieuwe gerechtelijke procedures
Zoals te verwachten was, werd ook de heffing nieuwe stijl vanaf 2016 betwist. Dit leidde tot nieuwe procedures door belastingplichtigen tegen de Franse staat. Nadat op 11 juli 2017 het Tribunal administratif de Strasbourg al in het nadeel van Frankrijk had beslist, deed in hoger beroep het Cour d’appel de Nancy op 31 mei 2018 hetzelfde. Het Hof oordeelde dat een groot deel van de, uit diverse deelpremies opgebouwde, heffing nog steeds in strijd met het EU-recht is. Ook de heffing nieuwe stijl lijkt dus onhoudbaar. En de kans is groot dat Frankrijk uiteindelijk ook belastingplichtigen die sinds 2016 een aanslag sociale premies hebben gekregen een groot deel daarvan zal moeten terugbetalen.
Op tijd bezwaar maken
Om in aanmerking te komen voor teruggaaf van onterecht geheven sociale premies, moet men wel tijdig formeel bezwaar maken tegen de opgelegde aanslag. Bezwaar maken kan in Frankrijk tot 2 jaar na afloop van het jaar waarin de aanslag werd opgelegd. Wilt u bezwaar maken tegen een aanslag over 2016? Dan moet u dat vóór eind 2018 doen.
Voorgestelde wijzigingen
Onder druk van de lobby van Fransen die in het buitenland wonen en aldaar al sociaal verzekerd zijn, geholpen door de recente gerechtelijke uitspraken, kreeg een voorstel tot wetswijziging recentelijk steun in de Franse Assemblée. Het voorstel houdt in dat 2 belangrijke elementen van de heffing van sociale premies komen te vervallen voor personen die sociaal verzekerd zijn in een andere lidstaat van de Europese Unie, de Europese Economische Ruimte of Zwitserland. Concreet gaat het dan om de contribution sociale généralisée (CSG) en de contribution au remboursement de la dette sociale (CRDS). Dat betekent dat niet de totale heffing van 17,2% verdwijnt. Wat blijft is de prélèvement de solidarité affecté au budget général de l’Etat, een algemene solidariteitsheffing van 7,5%. Mede ter dekking van deze maatregel zal het minimumtarief van de Franse inkomstenbelasting voor niet-inwoners worden verhoogd van 20% naar 30%. Dit raakt in principe alleen mensen die belastbare huurinkomsten uit hun tweede huis genieten. De voorgestelde wijzigingen zijn van toepassing op gerealiseerde plus-values vanaf 1 januari 2019 en huurinkomsten in 2018 (die belastbaar zijn in 2019). Het is nu afwachten of deze voorgestelde wetswijziging ook in de Sénat stand houdt.
Heeft u een vraag over dit artikel?
De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.