Gepubliceerd op:

Bezit u een tweede huis in het buitenland? Dan moet u in het buitenland vaak inkomstenbelasting betalen over werkelijke of forfaitaire inkomsten uit die woning. U moet de woning ook in uw Nederlandse aangifte inkomstenbelasting opgeven in box 3. Maar Nederland geeft een vermindering van box 3-belasting. Ook als u in het buitenland geen inkomstenbelasting hoeft te betalen. Hoe zit dat precies?
Waarde en eventuele schuld in grondslag
De waarde van een tweede huis in het buitenland en de eventuele samenhangende financieringsschuld moet u in uw Nederlandse aangifte inkomstenbelasting vermelden. Voor woningen geldt in box 3 de WOZ-waarde als uitgangspunt. De peildatum voor de waardering is daarbij 1 januari van het jaar vóór het jaar van aangifte. Omdat voor woningen in het buitenland geen WOZ-waarde beschikbaar is, moet in dat geval de waarde in het economische verkeer in onbewoonde staat (‘vrije verkoopwaarde’) op 1 januari van het jaar vóór het jaar van aangifte worden genomen. In uw aangifte inkomstenbelasting over 2022 is dat dus de waarde per 1 januari 2021.
Hoeveel box 3-belasting u betaalt in 2022 hangt af van de samenstelling van uw vermogen. Als gevolg van het zogenaamde kerstarrest van de Hoge Raad over box 3 maakt de Belastingdienst twee berekeningen: een op basis van het ‘oude’ wettelijke systeem in 2022. En een op basis van de voor het bieden van rechtsherstel gebruikte ‘forfaitaire spaarvariant’. De laagste uitkomst telt.
Inkomstenbelasting in het buitenland
Als inwoner van Nederland met een tweede huis in het buitenland moet u soms ook in het buitenland inkomstenbelasting betalen. Dat kan zijn omdat u huurinkomsten krijgt uit uw vakantiewoning. Maar in sommige landen, zoals Spanje en Italië, moet u ook inkomstenbelasting betalen als u de woning uitsluitend zelf gebruikt. De belasting wordt dan berekend over een forfaitair huurinkomen. De meeste andere landen, bijvoorbeeld Frankrijk en Portugal, heffen geen inkomstenbelasting als u de woning niet verhuurt.
Voorkoming van dubbele heffing
Nederland heeft met de meeste landen een verdrag ter voorkoming van dubbele belasting gesloten. Daarin is standaard bepaald dat het recht om inkomstenbelasting te heffen over (inkomsten uit) onroerend goed toekomt aan het land waar dat onroerend goed ligt. Nederland mag de buitenlandse vakantiewoning weliswaar in de rendementsgrondslag van box 3 meenemen, maar moet ook meteen weer een belastingvermindering toestaan. Het recht op belastingaftrek staat los van de vraag of, en zo ja hoeveel inkomstenbelasting u in het buitenland moet betalen.
Ook als Nederland geen belastingverdrag heeft gesloten met het land waarin uw tweede huis ligt, verleent Nederland eenzijdig een vermindering van box 3-heffing op grond van het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001. Maar alleen voor zover inkomsten uit de woning in het land van ligging onderworpen zijn aan heffing van inkomstenbelasting.
Hoe de vermindering bij de aangifte over 2022 precies wordt berekend, hangt af van de vraag of de (totale) box 3-heffing voor u het laagst uitkomt met toepassing van het oude wettelijke systeem. Of dat de uitkomst het laagst is met toepassing van de ‘forfaitaire spaarvariant’. In dat laatste geval verloopt de berekening net even anders. In het algemeen geldt dat de vermindering gelijk is aan het gedeelte van de box 3-heffing dat is toe te rekenen aan uw ‘buitenlandse vermogen’. Daarbij is zowel de waarde van het bezit als de eventuele financieringsschuld in verband met de tweede woning in het buitenland van belang.
1. Als box 3-heffing volgens ‘oude’ wettelijke systeem lager is
Bij het oude wettelijke systeem is wel de omvang van uw box 3-vermogen relevant voor de berekening van het forfaitaire inkomen in box 3, maar niet de samenstelling ervan. De vermindering wordt in dit geval berekend door te bepalen welk deel van het totale forfaitaire rendement toe te rekenen is aan het buitenlandse vermogen (‘evenredigheidsbreuk’). En die breuk te vermenigvuldigen met de berekende belasting zonder toepassing van het Besluit voorkoming dubbele belasting. Uw ‘buitenlandse vermogen’ is in dit verband gelijk aan het positieve verschil tussen de waarde van uw buitenlandse huis en de financieringsschulden voor dit buitenlandse huis.
Voorbeeld 1
Charlotte woont in Nederland en bezit een tweede huis in Frankrijk met een waarde van € 500.000. Zij verhuurt de woning niet en hoeft in Frankrijk geen inkomstenbelasting te betalen. Voor de aankoop heeft zij destijds € 200.000 geleend, de rest betaalde zij met spaargeld. Netto investeerde zij dus € 300.000 eigen geld. Zij bezit verder nog € 700.000 aan beleggingen en € 250.650 spaargeld. Na aftrek van € 50.650 heffingvrij vermogen bedraagt de grondslag sparen en beleggen in 2022 voor haar € 1.200.000. Op basis van het oude wettelijke systeem komt de box 3-belasting uit op € 16.700. Op basis van de forfaitaire spaarvariant is dit € 18.376. De belastingvermindering wordt dan berekend op basis van het oude systeem en bedraagt 25% x € 16.700 = € 4.175. Namelijk [€ 500.000 -/- € 200.000] / € 1.200.000 = 25% bestaat uit buitenlands vermogen.
2. Als box 3-heffing volgens ‘forfaitaire spaarvariant’ lager is
Bij de forfaitaire spaarvariant is de samenstelling van het vermogen – onder te verdelen in de categorieën ‘banktegoeden’, ‘overige bezittingen’ en ‘schulden’ – juist wel van belang. De waarde van een tweede huis behoort tot de categorie ‘overige bezittingen’, ongeacht of het een huis in Nederland of in het buitenland betreft. Voor het bepalen van de belastingvermindering wordt ook in dit geval een ‘evenredigheidsbreuk’ berekend. Daarbij staat in 2022 boven de streep: 5,53% x waarde buitenlandse woning minus 2,28% x schulden in verband met de buitenlandse woning. En onder de streep staat het totale forfaitaire inkomen in box 3 na toepassing van de forfaitaire spaarvariant. De vermindering is dan gelijk aan de uitkomst van deze evenredigheidsbreuk keer de box 3-heffing zonder toepassing van het Besluit rechtsherstel box 3.
Voorbeeld 2
We gaan uit van dezelfde gegevens als in het vorige voorbeeld, met als enige verschil dat de verhouding spaargeld en overige beleggingen precies andersom is. Dat wil zeggen € 700.000 spaargeld en € 250.650 beleggingen. De berekening volgens het ‘oude’ systeem blijft dan gelijk: de belasting komt op € 16.700. De belasting volgens de forfaitaire spaarvariant komt nu wél lager uit en bedraagt € 10.974. Aan het spaargeld wordt een rendement van 0,00% toegerekend. Over de waarde van de Franse woning en de bijbehorende financieringsschuld wordt een rendement verondersteld van 5,53% x € 500.000 -/- 2,28% x € 200.000 = € 23.090. Voor de overige beleggingen is dat 5,53% x € 250.650 = € 13.860. Het totale rendement ad € 36.950 gedeeld door de rendementsgrondslag (vóór aftrek heffingvrij vermogen) van € 1.250.650 levert een effectief rendementspercentage op van 2,95%. Het totale inkomen in box 3 komt daarmee op 2,95% x grondslag sparen en beleggen (na aftrek heffingvrij vermogen) ad € 1.200.000 = € 35.400. Omdat de belasting volgens het nieuwe systeem nu lager is, wordt ook de belastingvermindering berekend op basis van het nieuwe systeem en bedraagt [€ 23.090 / € 35.400] x € 10.974 = € 7.158.
Geen tegemoetkoming voor meeste andere belastingen
Veel landen heffen ook een bepaalde vorm van inkomstenbelasting over de gerealiseerde waardevermeerdering van uw buitenlandse woning. De belastingverdragen die Nederland met andere landen heeft gesloten, staan dat ook toe. Nederland belast die waardevermeerdering bij particulieren niet. En hoeft er dus ook geen belastingvermindering voor te geven. Naast inkomstenbelasting heffen sommige landen ook nog een aparte vermogensbelasting. Hoewel sommigen de Nederlandse box 3-heffing ook wel een ‘vermogensbelasting’ noemen, is het fiscaaltechnisch een inkomstenbelasting. Nederland verleent daarom ook geen tegemoetkoming voor de vermogensbelasting die u in het buitenland eventueel moet betalen. Wanneer u als inwoner van Nederland een woning in het buitenland schenkt of nalaat, kan het zijn dat het land waar de woning ligt ook schenk- of erfbelasting heft. In dat geval geeft Nederland wel een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting.
Stappenplan aangifte doen
Vindt u het lastig of ingewikkeld om aangifte te doen? Bekijk ons handige stappenplan. U zult zien dat het best meevalt.
Heeft u een vraag over dit artikel?
De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.