Direct naar content

Hoe werken schulden in box 3?

Gepubliceerd op:
5 min. leestijd

In box 3 leidt de belasting over veronderstelde rendementen soms tot opvallende uitkomsten. Dat blijkt als we kijken naar hoe schulden in box 3 uitpakken. Wat blijkt: het fiscale voordeel van een schuld neemt toe wanneer de schuld dichter in de buurt komt van de waarde van de bezittingen. Soms leidt een extra schuld dan tot een heffing die op nul uitkomt. In dit artikel leest u meer.

Box 3 algemeen

In box 3 zitten we voorlopig met een duaal systeem.

- U bent inkomstenbelasting verschuldigd op basis van veronderstelde rendementspercentages over uw vermogen (forfaitair systeem).

- De Hoge Raad heeft echter bepaald dat als uw belasting op basis van het werkelijk rendement lager zou zijn dan de belasting zoals die op basis van het forfait is berekend, u recht heeft op teruggaaf van te veel betaalde belasting.

- De Hoge Raad heeft daarbij een bepaald rendementsbegrip geformuleerd. Ook heeft ze bepaald dat bij de berekening van het werkelijk rendement het heffingvrije vermogen niet meetelt.

- Over dit (forfaitaire of werkelijk) inkomen bent u 36% inkomstenbelasting verschuldigd.

Hierna gaan wij in beginsel uit van het forfaitaire systeem. In ons artikel ‘Belasting betalen in box 3, hoe zit dat?’ leest u meer over de systematiek in box 3.

Schuld verlaagt grondslag

In box 3 verlagen schulden de rendementsgrondslag, voor zover ze groter zijn dan de schuldendrempel. Deze drempel bedraagt in 2025 € 3.800 per persoon. Schulden verlagen dus ook de grondslag sparen en beleggen. Daarvoor trekt u eerst het heffingvrije vermogen af. Dat is in 2025 € 57.684 per persoon. Als de grondslag sparen en beleggen nihil is, is er fiscaaltechnisch geen positief vermogen. Er is dan dus ook geen heffing in box 3 verschuldigd! Een berekening verduidelijkt dit later in dit artikel.

Hoe werkt het forfaitaire systeem?

Het vermogen wordt ingedeeld in ‘banktegoeden’, ‘overige bezittingen’ en ‘schulden’. Het rendement voor ‘overige bezittingen’ is gebaseerd op rendementen uit het verleden. De percentages voor ‘banktegoeden’ en ‘schulden’ worden gebaseerd op gemiddelden in het jaar zelf. Voor 2025 gelden (voorlopig) de volgende percentages:

  • Overige bezittingen (definitief): 5,88%
  • Schatting banktegoeden: 1,44%
  • Schatting schulden: 2,62%

Hoe gaat de berekening?

Eerst wordt het rendement berekend. Het kan niet negatief zijn.

  • Rendement = 1,44% x banktegoeden + 5,88% x overige bezittingen -/- 2,62% x schulden.

U deelt dit door de rendementsgrondslag (vóór aftrek van het heffingvrije vermogen), waarmee het effectieve rendementspercentage (ERP) is berekend.

  • ERP = rendement / rendementsgrondslag voor aftrek.

Vervolgens wordt het voordeel uit sparen en beleggen berekend door het ERP te vermenigvuldigen met de grondslag sparen en beleggen (na aftrek van het heffingvrije vermogen).

  • Voordeel sparen en beleggen = ERP * grondslag sparen en beleggen na aftrek.

Hierover wordt dus het tarief berekend (2025: 36%).

Voorbeeldberekening

Stel er zijn € 1.500.000 aan overige bezittingen, het spaargeld is nul en er is een schuld van € 800.000. Tot slot is er een heffingvrij vermogen van € 57.684 en een schuldendrempel van € 3.800.

  • Rendement = € 67.339
  • ERP = 67.339 / ( 1.500.000 – 800.000 + 3.800) = (afgerond) 9.6%
  • Voordeel sparen en beleggen = 9.6% * (1.500.000 – 800.000– 57.684 + 3.800) = 61.819
  • Belasting = 36% * 61.819 = € 22.254.

Heffingvrij vermogen speelt belangrijke rol

Het is belangrijk om te zien dat als de grondslag sparen en beleggen nul is het voordeel ook nul is. De grondslag is nul als de bezittingen minder groot zijn dan de schulden en het heffingvrije vermogen samen. Wanneer de schuld de omvang van de totale bezittingen nadert, neemt het voordeel van de schuld steeds sneller toe. Dit gaat door tot de schuld gelijk is aan de waarde van de bezittingen minus het heffingvrije vermogen. Dan is de grondslag sparen en beleggen nihil en vindt er geen heffing plaats.

U ziet dit het best bij een vermogen zonder banktegoeden. Het effect neemt af bij meer banktegoeden. Dat leidt mensen er soms toe deze banktegoeden in box 2 onder te brengen. Ook het aangaan van een schuldigerkenning kan soms het laatste zetje geven tot nihil.

Hier ziet u een grafiek waarbij rekening wordt gehouden met € 1.500.000 aan overige bezittingen en geen contanten. We laten de schuld langzaam stijgen. Er wordt rekening gehouden met een heffingvrij vermogen van € 57.684. U ziet het voordeel als percentage van de schuld stijgen, naarmate de schuld toeneemt.

Effect uitspraak Hoge Raad

Afgelopen zomer heeft de Hoge Raad een uitspraak gedaan over het forfaitaire systeem. In de uitspraak is bepaald dat slechts belasting mag worden geheven over het werkelijk behaalde rendement als dat lager uitvalt dan het fictieve rendement. Er moet worden gekeken naar het rendement op het totaal van box 3-bezittingen in een bepaald jaar, zonder rekening te houden met het heffingvrije vermogen. Als we dit betrekken op bovenstaande dan moeten we in ieder geval het volgende opmerken.

  • Als u geen grondslag hebt, kunt u niet verwachten minder belasting te betalen onder het werkelijk rendement. De uitspraak heeft dan geen effect op die situatie.
  • Ook als uw vermogen dicht in de buurt van de vrijstelling komt, lijkt heffing op grond van het werkelijk rendement niet snel aantrekkelijk. U verliest dan immers de vrijstelling.
  • Als u kiest voor heffing over het werkelijk rendement, dan geldt voor schulden dat de werkelijk betaalde rente in aftrek komt op het rendement waarover u belasting moet betalen.

Conclusie

Een beperkte schuld in verhouding tot de waarde van de bezittingen levert relatief weinig fiscaal voordeel op. Maar bij een grote schuld in verhouding tot de bezittingen kan dat omslaan. Dat is dus wanneer de schuld in de buurt komt van de waarde van de bezittingen. Soms wordt getracht door een extra schuld te creëren dit te beïnvloeden. Als de schuld gelijk is aan de waarde van de bezittingen minus het heffingvrije vermogen, is de grondslag sparen en beleggen nihil. Men betaalt dan geen box 3-heffing.

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.

Over private banking

Vermogen biedt kansen en verplichtingen. Het is daarom prettig als er iemand met u meedenkt en samen met u de mogelijkheden verkent. Met persoonlijke aandacht bent u verzekerd van waardevol advies en dienstverlening op maat.
Over private banking