Direct naar content

Stappenplan box 3 compensatie: wat kunt u doen voor de jaren 2017-2023?

Gepubliceerd op:
5 min. leestijd

Het belastingstelsel voor box 3 in Nederland is sinds 2017 in strijd met Europees recht, aldus de Hoge Raad. Belastingplichtigen hebben te veel belasting betaald als hun werkelijke rendement lager was dan het forfaitaire rendement. Maar: hoe weet u of dit voor u geldt? Kunt u dit ook terugvragen en wat moet u daarvoor doen?

We krijgen hier momenteel veel vragen over. Begrijpelijk, want het is een moeilijk onderwerp. Dit artikel biedt een stappenplan om te bepalen of u compensatie kunt aanvragen voor de belastingjaren 2017 tot en met 2023 waarvoor u niet eerder in bezwaar gegaan bent.

Stap 1: Is er sprake van een nadeel?

Allereerst moet u vaststellen of u in een bepaald belastingjaar benadeeld bent door de manier waarop uw box 3-rendement is vastgesteld. Dit is het geval als het fictieve rendement waarover u belast bent hoger is dan een alternatieve manier waarop u het rendement voor dat belastingjaar mag berekenen. Als de alternatieve berekening op een hoger rendement komt, is er geen nadeel en kunt u geen compensatie aanvragen. Uw onderzoek eindigt dan hier. Voor de meeste beleggers in aandelen was bijvoorbeeld alleen in de jaren 2018 en 2022 sprake van een potentiële benadeling, aangezien de rendementen in andere jaren meestal hoger lagen dan het forfaitaire percentage van ongeveer 6%.

Om te bepalen of u benadeeld bent, vergelijkt u de verschillende rekenmethodes waarmee het rendement in box 3 voor dat jaar mag worden vastgesteld. Voor de jaren 2017 tot en met 2022 zijn dat drie systemen:

  1. de wettelijke systematiek van 2017-2022. Toen golden verschillende forfaits voor de drie categorieën sparen en overige bezittingen, maar werd de relatieve samenstelling van uw vermogen verondersteld. Met deze rekenmethode is in alle aanslagen tot en met 2022 al rekening gehouden. Voor de jaren vanaf 2023 is deze methode vervallen.
  2. De forfaitaire spaarvariant (Wet Rechtsherstel Box 3 en Overbruggingswet Box 3). Hierbij gelden veronderstelde rendementen voor de categorieën banktegoeden, overige bezittingen en schulden. De samenstelling van uw vermogen werd niet meer verondersteld maar er werd uitgegaan van de werkelijke samenstelling. In aanslagen over de jaren 2021 en 2022 is ook deze rekenmethode al verwerkt in de aanslag. Voor eerdere jaren meestal niet, maar soms wel. Dit ziet u op de aanslag.
  3. Het werkelijk rendement dat u in het jaar heeft behaald volgens de definitie van de Hoge Raad. Dat werkelijke rendement bestaat uit direct rendement (zoals dividend, rente en huur), maar ook uit ongerealiseerde waardestijgingen. Dit zijn bijvoorbeeld koersstijgingen van effecten, maar ook de ontwikkeling van de WOZ-waarde van woningen die u in box 3 heeft. Rente op schulden mag u aftrekken, maar geen andere kosten zoals beheerkosten of onderhoudskosten. U mag geen rekening houden met het heffingsvrije vermogen. Dit systeem is nog niet in uw aanslag verwerkt.

Voor de jaren vanaf 2022 is methode 1 vervallen en kan alleen nog een vergelijking gemaakt worden tussen het forfaitaire rendement in de aanslag volgens methode 2 en de werkelijk rendement-berekening van de Hoge Raad. Als over een ouder jaar de forfaitaire spaarvariant nog niet is meegenomen in de aanslag, dan is vaak sprake van een nadeel voor mensen die een groot deel van hun vermogen als spaargeld aanhielden.

Twijfelt u of u in een bepaald jaar een nadeel heeft gehad? Naar verwachting wordt midden 2025 het formulier ‘opgaaf werkelijk rendement’ gepubliceerd door de Belastingdienst. Dan weten we waarschijnlijk meer over hoe de Belastingdienst hiernaar zal kijken. U zou daar nog even op kunnen wachten als u niet met een deadline te maken hebt, zoals een verlopende bezwaartermijn.

Stap 2: kunt u nog in bezwaar?

Als u nadeel heeft ondervonden, is de volgende stap om te controleren of u nog bezwaar kunt maken tegen de belastingaanslag. Voor elke aanslag inkomstenbelasting geldt een bezwaartermijn van zes weken vanaf de datum van de definitieve aanslag. Het is belangrijk om te weten dat een voorlopige aanslag niet hetzelfde is als een definitieve aanslag. Als u nog geen definitieve aanslag heeft gehad, kunt u nog niet in bezwaar.

Indien u nog bezwaar kunt maken en nadeel heeft geleden, heeft u twee opties: bezwaar maken of een verzoek om ambtshalve vermindering indienen. Beide routes geven u de mogelijkheid om in de toekomst het formulier 'opgaaf werkelijk rendement' in te dienen, waarmee u uw werkelijke rendement kunt aantonen. Bezwaar biedt echter meer juridische waarborgen als u het niet eens bent met de beslissing van de Belastingdienst, omdat u bij een afgewezen bezwaar nog naar de rechter kunt stappen.

Stap 3: Kunt u niet in bezwaar, maar nog wel verzoeken om ambtshalve vermindering?

Als de bezwaartermijn is verstreken maar u wel nadeel heeft gehad, kunt u nog een verzoek om ambtshalve vermindering indienen. Deze route is opengesteld voor aanslagen die op 21 december 2021 nog niet onherroepelijk waren of na die datum zijn opgelegd. Dit geldt voor alle aanslagen vanaf het belastingjaar 2021, maar mogelijk ook voor eerdere jaren. Bepalend is de datum op de definitieve aanslag.

Er geldt wel een termijn van vijf jaar vanaf het belastingjaar om zo’n verzoek in te dienen. Dat betekent dat u voor de jaren 2017, 2018 en 2019 nu geen verzoek meer kunt indienen. Voor het belastingjaar 2020 heeft u nog tot 31 december 2025 de tijd. Omdat naar verwachting voor die tijd het formulier ‘opgaaf werkelijk rendement’ door de Belastingdienst gepubliceerd wordt, is het waarschijnlijk het best om dit even af te wachten, maar verlies de deadline niet uit het oog.

Stap 4: Massaal bezwaar plus

Als u de bezwaartermijn heeft gemist en ook geen verzoek om ambtshalve vermindering kunt indienen, is er nog een procedure genaamd 'massaal bezwaar plus'. Deze procedure gaat over de vraag of alle belastingplichtigen die niet meer in bezwaar kunnen alsnog compensatie moeten krijgen voor de jaren 2017 tot en met 2020. De uitkomst hiervan is nog niet bekend, en het is afwachten wat de Hoge Raad hierover zal beslissen. Als de Hoge Raad oordeelt dat er compensatie moet komen, geldt dit automatisch voor iedereen. Het maakt dan niet uit of u in bezwaar bent gegaan. Het is in deze situatie nu niet nodig om in actie te komen.

Bovenstaande informatie is geschreven naar de stand van zaken per januari 2025. Het is belangrijk om op de hoogte te blijven van eventuele nieuwe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op uw situatie. Wij adviseren u altijd een fiscalist te raadplegen voordat u fiscale beslissingen neemt.

Bovenstaande informatie is geschreven naar de stand van zaken per december 2024. Het is belangrijk om op de hoogte te blijven van eventuele nieuwe ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op uw situatie. Wij adviseren u altijd een fiscalist te raadplegen voordat u fiscale beslissingen neemt.

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.