Klinkt herkenbaar? De specialisten van Filantropie Advies zien dit dagelijks in de praktijk. Mooie, nobele initiatieven die vanuit een oprechte motivatie worden ontwikkeld. Helaas kunnen deze goedbedoelde interventies soms ongewenste effecten opleveren. Gelukkig kunnen kleinschalige initiatieven ook heel veel goeds opleveren.
6 tips voor succesvol goed doen
Filantropie Advies organiseerde onlangs een bijeenkomst met dr. Sara Kinsbergen (Radboud Universiteit) voor filantropen die actief zijn in niet-Westerse landen. Dr. Sara Kinsbergen is verbonden aan de Radboud Universiteit en doet al jarenlang onderzoek naar succesvolle partnerships en duurzame filantropieprojecten in niet-Westerse landen. Zij deelde 6 tips met ons voor succesvol en duurzaam goed doen in niet-Westerse landen.
1: Durf de tijd te nemen
In confrontatie met een bepaald probleem zijn mensen vaak zo onder de indruk dat zij direct actie willen ondernemen. Maar het is belangrijk om de tijd te nemen om het probleem te doorgronden. Stel uzelf vragen: moet ik hier een rol in spelen? Wie is er al actief in dit veld? Hoe ziet de omgeving eruit? Wat zijn de behoeften van de mensen ter plekke? De praktijk laat zien dat we vaak weinig tijd nemen om ons hierin te verdiepen. Dit kan tot gevolg hebben dat u dingen doet die anderen al doen of dat u dingen opzet die niet passen in de lokale omgeving.
2: Durf niets te doen
Voorkom dat u in een situatie terechtkomt waarin u niet verzeild had willen raken. Want dan is het moeilijk om te stoppen. Niets doen is vaak ingewikkelder dan wel iets doen. Stel, u bezoekt een dorp waarin u mensen ontmoet die in hele moeilijke omstandigheden leven. Die wilt u helpen en daar iets voor doen. Dit kan voor u goed voelen maar tegelijkertijd meer negatieve dan positieve gevolgen hebben. Want u helpt maar een paar mensen en niet het hele dorp; u kunt het dorp daardoor in een conflictsituatie brengen. Daarnaast creëer u de verwachting dat u steun blijft geven. Maar kunt u die verwachtingen waarmaken? Een ander mogelijk negatief gevolg is dat u hulpafhankelijkheid creëert en dat er daardoor geen eigen initiatief meer wordt genomen. Neem de tijd om te kunnen besluiten eventueel niets te doen.
3: Durf te investeren in het onzichtbare
We hebben de neiging om de zichtbare problemen met concrete interventies op te lossen. We focussen graag op inspanningen die direct leiden tot oplossingen van het probleem. Een voorbeeld is een school waarbij het dak kapot is. U zou dan dat dak kunnen laten maken. Maar stel dat dat de verantwoordelijkheid is van het oudercomité. Door dan het dak te repareren breng u het oudercomité in diskrediet en torpedeert u een lokaal systeem om vanuit lokale kennis een probleem op te lossen. Dus neem de tijd om de oorzaak van een probleem te begrijpen. Want misschien kon dat oudercomité door een tegenvallende oogst de bijdrage wel niet betalen. Dan is het investeren in bijvoorbeeld een spaarsysteem voor het oudercomité een meer systemische en duurzame oplossing dan het dak repareren.
4: Durf te investeren in mensen
Om tot duurzame en systemische veranderingen te komen die lokaal gedragen worden is het belangrijk om ook in mensen te investeren. Bijvoorbeeld een dorpsbewoner faciliteren om een bepaalde opleiding te volgen waardoor dat oudercomité beter functioneert. Of een lokale medewerker van een non-profit organisatie die leert om zelf fondsen te werven. De resultaten hiervan zijn niet concreet en niet direct zichtbaar, maar op lange termijn zijn deze initiatieven veel meer lokaal gedragen en daardoor duurzamer en meer impactvol. Ook is het belangrijk om te investeren in de lokale capaciteit, zodat, zeker als uw hulp straks stopt, initiatieven niet ontmand en onthand achterblijven. Werk toe naar de zelfstandigheid van lokale initiatieven of organisaties en onthoud dat u een tijdelijke rol speelt die moet worden overgepakt.
5: Durf vertrouwen te hebben
Vaak komt het voor dat we willen dat geld wordt besteed op een bepaalde manier en zitten wij dicht op de organisatie om te kijken hoe zij het geld besteden. Maar daarmee ontnemen wij het lokale mandaat. En dat is problematisch want wij respecteren daarmee niet de lokale expertise en kennis. Als donateur is het belangrijk om te faciliteren wat er al is. Respecteer dat de keuzes die worden gemaakt niet per se uw eigen keuzes zouden zijn. Werk vanuit verantwoord vertrouwen. Natuurlijk kun u een rol spelen, maar houd deze rol bescheiden om recht te doen aan wat lokaal aanwezig is aan kennis en ervaring.
6: Durf op tijd te stoppen
Vanaf dat u begint moet u eigenlijk al nadenken over wanneer u gaat stoppen met uw steun. Vaak is dat ongemakkelijk, of wilt u daar niet over nadenken. Maar het nadeel is dat u niet weet wanneer uw rol ophoudt. Er is altijd wel een nieuw probleem te bedenken waarin u een rol kunt spelen. Daarom is het belangrijk om het gesprek aan te gaan over waar u met elkaar wilt eindigen. Wat en wie is daarvoor nodig? Formuleer een concreet einddoel zodat iedereen weet waar hij of zij aan toe is en wat er van hem of haar wordt verwacht. Een bescheiden rol die een begin en einde kent maakt het voor iedereen makkelijker om zijn of haar verantwoordelijkheid te nemen, ook na uw vertrek.
De 6 tips van Sara Kinsbergen geven veel richting. Ze klinken misschien vanzelfsprekend maar zijn niet eenvoudig om in de praktijk toe te passen. Want hoe moeilijk is het om de tijd te nemen als een eenvoudige interventie voor de hand lijkt te liggen? En hoe lastig is het om in al uw enthousiasme te wachten met handelen en eerst te onderzoeken welke andere spelers al actief zijn op ‘uw’ thema? Laat de waan van de dag niet de overhand nemen, maar heb de moed om de principes toe te passen en te hanteren.
Wilt meer informatie en inspiratie over schenken aan goede doelen in niet-Westerse landen? De specialisten van Filantropie Advies gaan hier graag over met u in gesprek. U kunt een bericht sturen naar filantropieadvies@nl.abnamro.com