Direct naar content
2 min. leestijd
  • Auteur

Wereldgerechten van Knorr, Dove-doucheschuim of wasmiddel van Robijn. Iedereen kent wel een product van Unilever. Het concern overleefde een oorlog en meerdere recessies. Nu profileert het zich als voorloper in duurzaamheid.

Met de intentie om mensen in het Victoriaanse tijdperk het belang van hygiëne in te laten zien, begint de Engelsman William Hesketh Lever in 1884 met het produceren van Sunlight zeep. Niet lang daarna starten twee groothandelaren uit Oss – die in 1927 fuseren tot Margarine Unie – een florerende exporthandel in margarine naar het Verenigd Koninkrijk. Margarine Unie en Lever Brothers gebruiken dezelfde grondstoffen, wat leidt tot een onderlinge concurrentiestrijd en leveranciers die de kosten voor de grondstof flink laten stijgen. Hierop besluiten ze hun belangen zeker te stellen en ondertekenen in 1929 een samenwerkingsverband. Het is het begin van het huidige Unilever.

Ondanks een economische recessie, gevolgd door de Tweede Wereldoorlog, blijft Unilever uitbreiden en ontwikkelt het nieuwe producten. De oorlog veroorzaakt letterlijk een scheiding tussen het Engelse en Nederlandse departement. De ondernemingsstructuur, waarbij lokale bedrijven van Unilever onafhankelijk werken en gericht zijn op de vraag van lokale markten, is dan een feit. Tijdens de rantsoenering na de oorlog is er vooral behoefte aan voedzame voedingsmiddelen.

Unilever springt daar slim op in met producten waarvan de visstick de beroemdste is. Naast Europa, verovert het bedrijf ook de Aziatische en Afrikaanse markt. In de jaren ‘70 zorgen een nieuwe recessie en een oliecrisis opnieuw voor moeilijke omstandigheden in Europa. Unilever slaat zich er doorheen dankzij grote winsten in het olierijke Nigeria. Ondertussen blijft het haar productaanbod diversifiëren. Aan het begin van de jaren ’80 vindt er een drastische verandering in de strategie plaats. Unilever besluit zich weer te focussen op kernproductgroepen met sterke markten en sterk groeipotentieel. Het aantal categorieën waarin Unilever actief is, gaat van 50 naar 13.

1980: Unilever eindigt op #26 van de grootste bedrijven ter wereld.

2005: De Britse onderneming en het Nederlandse bedrijf krijgen één directie.

2011: Unilever krijgt een boete van ruim € 100 miljoen wegens verboden prijsafspraken over wasmiddelen.

2017: Unilever wijst een overnamebod van Kraft Heinz Company van € 130 miljard af.

2018: Unilever verkoopt ruim 400 merken in 190 landen met een omzet van ruim € 53 miljard.

Na de eeuwwisseling komt de focus meer te liggen op de transformatie naar een duurzaam bedrijf. Onder leiding van toenmalig CEO Paul Polman wordt er alleen nog maar samengewerkt met duurzaam gecertificeerde bronnen en koopt het bedrijf merken met een missie op, zoals Ben & Jerry’s. In 2018 haalt Unilever het nieuws als er een voorstel komt om de bedrijfsstructuur te vereenvoudigen met maar één hoofdkantoor in Rotterdam: Unilever International Holdings N.V. Britse aandeelhouders wijzen dit voorstel af.

Reden hiervoor is de angst dat het aandeel zijn plek in de FTSE 100 aandelenindex zou verliezen, waardoor indexbeleggers hun aandelen moeten verkopen en de koers van Unilever onder druk zou komen te staan. De vraag die nu vooral opkomt, is: welke onzekerheden zal de Brexit voor Unilever meebrengen?

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.