In het hoofdlijnenakkoord van het kabinet-Schoof stond al het voornemen om het toptarief van de inkomstenbelasting in box 2 te verlagen. Vandaag heeft het kabinet met het Belastingplan 2025 concrete invulling gegeven aan de voornemens uit het hoofdlijnenakkoord. Het kabinet stelt voor om het tarief inderdaad van 33% omlaag te brengen naar 31% vanaf 1 januari 2025. Wat betekent dit voor eigenaren van een bv?
Belangrijkste punten:
- Lage schijf box 2 blijft hetzelfde: 24,5% over de eerste € 67.000
- Hoge schijf box 2 gaat in 2025 van 33% naar 31%
- Effect heffingskorting kan het tarief in box 2 hoger maken
Voor wie is dit belangrijk?
Om te beginnen: box 2 is de belastingheffing over inkomen uit aanmerkelijk belang. In de meeste gevallen gaat het om situaties waar iemand eigenaar is van meer dan 5% van de aandelen van een bv. Het kan ook gaan om andere rechtsvormen zoals een nv, cv of buitenlandse entiteit, maar omdat de bv het vaakst voorkomt zal ik het verder hebben over de bv.
Wordt er winst gemaakt, dan is die in de bv eerst belast met 19% tot 25,8% vennootschapsbelasting. Keert de bv deze winst vervolgens uit aan de aandeelhouder(s), dan wordt dit gezien als inkomen. De aandeelhouder krijgt dan te maken met heffing in box 2. In 2024 zijn er voor het eerst twee tariefschijven. Vanaf de invoering van het boxenstelsel in 2001 tot en met 2023 kende box 2 altijd één tarief, dat tussen de 25% en 26,9% gelegen heeft.
Tarief 2024 | Tarief 2025 | |
Uitkeringen t/m € 67.000 | 24,5% | 24,5% |
Uitkeringen hoger dan €67.000 | 33% | 31% |
* fiscaal partners kunnen samen tweemaal de €67.000 schijf benutten. Het maakt daarbij niet uit van wie de aandelen zijn. |
Een andere verandering die relevant kan zijn voor mensen met box 2 inkomen, is een verandering van de berekening van de algemene heffingskorting. Dit is een algemene korting op de inkomstenbelasting die lager wordt als er meer inkomen is. Nu is dat alleen nog box 1 inkomen, maar als het aan het kabinet ligt word het box 2 en box 3 inkomen hier straks ook in meegenomen. Daardoor zou bij lagere en gemiddelde inkomensniveaus (tot ongeveer €76.000) de belastingdruk in box 2 in de lage schijf juist hoger uit kunnen vallen, tot boven de 30%.
Tarief heeft ook gevolgen voor winsten uit het verleden
Een van de bijzonderheden van box 2 is dat de heffing niet plaatsvindt in het jaar dat de winst in de bv gemaakt wordt, maar in het jaar dat geld wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders. Veel eigenaren van een bv kiezen ervoor om het uitkeren van winst uit te stellen. Dat kan zijn omdat ze het nodig hebben om te herinvesteren in hun onderneming, of omdat ze het opgebouwde vermogen willen beleggen en dat liever met een groter bruto bedrag doen. Uiteindelijk komt er altijd een afrekenmoment. Dat kan het moment zijn dat wel dividend wordt uitgekeerd, maar anders uiterlijk het moment dat de bv wordt opgeheven of overgedragen of het moment van overlijden van de aandeelhouder.
Dat betekent dat het tarief ook van toepassing is op opgebouwde winsten uit het verleden; de tariefsverlaging in box 2 betekent dat alle in het verleden opgebouwde winsten tegen een lager tarief belast zijn. Vooral voor situaties waar veel vermogen in de winstreserve van de bv zit kan zelfs een klein verschil in box 2 tarief een groot verschil maken in de te betalen inkomstenbelasting.
Hoe kunt u hierop inspelen?
Als u het geld uit de bv niet onmiddellijk nodig heeft voor geplande uitgaven of investeringen, kunt u proberen de dividenduitkeringen op zo’n manier te timen dat u van een lager tarief gebruik maakt. Ik noem een voorbeeld: stel, u wilt € 150.000 uitkeren aan privé, bijvoorbeeld voor een grote verbouwing. Dat kunt u ineens dit jaar doen; dan betaalt u 24,5% over de eerste € 67.000 en 33% over alles daarboven. U kunt er ook voor kiezen om dit jaar precies € 67.000 uit te keren en de rest volgend jaar. Dan betaalt u 24,5% over twee keer € 67.000. Het restant in de hoge schijf is veel kleiner, en het tarief is ook lager.
Een ander voorbeeld: stel dat u om uw inkomen aan te vullen de lage schijf ieder jaar al vol maakt, en u wilt daarnaast nog meer dividend uit de bv uitkeren. Ook dan kunt u het dividend uitstellen: dit jaar uitkeren is 33% betalen, volgend jaar 31%.
Heeft u het geld écht voor 1 januari nodig? Dan zou u er zelfs nog voor kunnen kiezen om een deel van uw bv te lenen. Vervolgens kun u in 2025 de lening kwijtschelden. U krijgt het geld direct, maar het wordt pas in 2025 belast. Maar let op: er gelden strenge spelregels en een maximumbedrag aan lenen van de eigen bv. Overleg bij dit soort beslissingen altijd met uw accountant of fiscalist.
Tot slot
De voorgenomen verlaging van het toptarief in box 2 kan vooral als goed nieuws worden gezien voor eigenaren van een bv met veel winst of een hoge winstreserve. Bij kleinere winstniveaus kan de afbouw van de algemene heffingskorting juist voor een hogere belastingdruk in box 2 zorgen.
Wees er wel van bewust dat het om een voorstel van het kabinet gaat. Het belastingplan moet nog door de Tweede- en Eerste Kamer. Vorig jaar heeft ons laten zien dat er tijdens die behandeling nog veel kan gebeuren.