Direct naar content

Werk maken van impact

Gepubliceerd op:
8 min. leestijd

Deze vijf vuistregels wijzen de weg

Het belang van concrete en duurzame resultaten bij maatschappelijke initiatieven is de afgelopen jaren flink toegenomen. Wie helder is over impact, kan rekenen op giften van donateurs en subsidies van overheden. Elke fondsenwervende instelling doet er dan ook goed aan ‘impact’ een vaste plek te geven op de agenda. Over wat impact nu precies is bestaan verschillende ideeën. Reden voor Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) om een handzame leidraad te ontwikkelen, gevat in vijf concrete vuistregels.

Koosje Ploegmakers, directeur Goede Doelen en Branche- en Belangenorganisaties Instituten & Charitas, en Kayleigh Boerjan, specialist Filantropie Advies, staan dagelijks in contact met maatschappelijk bewogen klanten. In hun gesprekken met klanten is impact realiseren een terugkerend onderwerp.

Verbinden en inspireren

‘Van echte impact is pas sprake als je dit concreet kunt maken”, begint Koosje. “En juist dat blijkt voor vele organisaties een zoektocht te zijn. Dat komt vooral doordat impact zich moeilijk laat meten. We zien dat elke organisatie hierin haar eigen weg bewandelt. Maar de vraag is of iedereen het wiel opnieuw moet uitvinden. Als bank van vele maatschappelijke organisaties past ook dit vraagstuk prima binnen onze rol als inspirator en verbinder. Daarom helpen we actief met kennisoverdracht en stimuleren we het delen van ervaringen. Onze aandacht voor de vijf vuistregels van het CBF is hier een goed voorbeeld van.”

De goede dingen doen

“Veel goede doelen, vermogensfondsen en religieuze instellingen buigen zich over de impactvraag”, gaat Koosje verder. “Datzelfde geldt voor particuliere klanten die een eigen stichting willen oprichten of met filantropie een waardevolle bijdrage willen leveren aan de wereld”, vult Kayleigh aan. “De vijf vuistregels van het CBF helpen om een start te maken met impactgericht werken. Ze zijn toepasbaar op project- en organisatieniveau. Voor elke organisatie, van groot tot klein. En van fondsenwervende instellingen tot particuliere initiatieven.” Koosje ziet het als een mooi vertrekpunt om met elkaar in gesprek te gaan. “Eigenlijk draait het om twee vragen. Doen we de goede dingen? En doen we de dingen die we doen goed?”

Vijf vuistregels voor impact

In de uitgave ‘Een vuist voor impact’ doet toezichthouder CBF verslag van een onderzoek naar impact onder leden. In dezelfde uitgave wijst de organisatie maatschappelijke organisaties aan de hand van vijf concrete vragen de weg naar het duiden van hun impact. Koosje en Kayleigh voegden hier per vraag sprekende voorbeelden uit de dagelijkse praktijk aan toe. Deze belichten elk een van de vijf vuistregels van het CBF.

1.Waarom doe ik wat ik doe?

Een goed doel, vermogensfonds of religieuze instelling wil een waardevolle bijdrage leveren aan een maatschappelijk vraagstuk. De activiteiten van de organisatie moeten leiden tot verbetering. Dat begint met een verandertheorie: uw gedachten over hoe deze activiteit juist tot dat effect moet leiden. Door dit expliciet te maken kun je die theorie onderzoeken. In het rapport treft u hiervoor een eenvoudig model aan. Het leidt u via input, activiteiten, output, outcome naar impact.

Vuistregels in de praktijk

Charlie Braveheart

Kayleigh: “Veel maatschappelijke initiatieven beginnen met het constateren van een gebrek. Charlie was vijf toen ze de diagnose leukemie kreeg. Haar ouders en grootouders zagen dat de behandeling gepaard ging met veel angst, pijn en stress. Dit deed hen besluiten om in actie te komen. Zij waren ervan overtuigd dat dit anders kon en moest. Vanuit de stichting ontplooien zij nu initiatieven om de zorg voor kinderen zoveel mogelijk angst-, pijn- en stressvrij te maken. In haar streven naar maximale impact werkt de stichting nauw samen met bestaande partijen zoals het PROSA-kenniscentrum, Skills4comfort en Stichting Kind en Ziekenhuis.

2.Hoe weet ik of dat wat ik doe ook werkt?

Om optimale impact te realiseren wilt u er zeker van zijn dat wat u doet ook werkt. Dat vraagt om bewijzen voor uw aanpak. Met het oog op fondsenwerving heeft u met aantoonbare resultaten een streepje voor. Gevers vragen hier vandaag de dag om.

Vuistregels in de praktijk

De Muziekspeelplaats

Kayleigh: “Neuroloog Erik Scherder toonde aan dat muziek belangrijk is voor de ontwikkeling van het brein. Helaas is dit niet voor elk kind vanzelfsprekend, door een verstandelijke of fysieke beperking of omdat er thuis geen geld voor is. De Muziekspeelplaats, opgericht door liedjesschrijver, componist en producer Tjeerd Oosterhuis, maakt muziekles voor alle kinderen van 0-21 jaar toegankelijk. Het is een mooi voorbeeld van hoe wetenschappelijk onderzoek en de persoonlijke passie van de oprichter samenkomen.”

3.Is dit het beste wat ik doen kan?

Voor een maatschappelijk vraagstuk is zelden maar één aanpak mogelijk. Toch is het verleidelijk om een aanpak te kiezen die u al kent. Met het oog op maximale impact is het belangrijk steeds verschillende oplossingen te overwegen en te kiezen voor wat het beste werkt. En vervolgens te besluiten of uw organisatie dat het beste kan.

Vuistregels in de praktijk

De Gezonde Generatie

Koosje: “De Gezonde Generatie is een initiatief van twintig gezondheidsfondsen. Zij willen dat kinderen en jongeren zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige, gezonde en gelukkige volwassenen. Het programma investeert in de gezondheid van toekomstige generaties. Het komt regelmatig voor dat wij klanten in contact brengen met een initiatief als dit. Samenwerking zorgt er immers voor dat het bestedingsbudget voor de aanpak van een maatschappelijk vraagstuk effectiever besteed wordt. Ook dat draagt bij aan meer impact.”

Siep Wijsenbeek
Directeur FIN, branchevereniging voor fondsen en foundations

“Een van de makkelijkste manieren om impact te vergroten, is samenwerken met collega’s. Samen sta je sterker en houd je elkaar scherp. Zo verdubbel je de kennis en middelen. Sinds het uitbreken van de pandemie is er veel meer samenwerking. Dat bevalt iedereen zo goed, dat dit zeker zo blijft. Zo zijn er gelukkig ook positieve ontwikkelingen in deze crisis.”

4.Wat is het effect dat ik zie?

Impact realiseer je niet van vandaag op morgen. Bij impact gaat het erom zichtbaar te maken welke verbetering er is opgetreden. Een verbetering die er zonder uw inspanning niet was geweest. Niet elke organisatie heeft de capaciteit of expertise in huis om dat te onderzoeken. Het CBF vindt het belangrijker dat organisaties kunnen aantonen wat de impact is dan hoeveel impact precies.

Vuistregels in de praktijk

Stichting Macheo

Kayleigh: Stichting Macheo biedt kwetsbare kinderen in Kenia een kansrijke toekomst. Zij hebben hiervoor een speciale aanpak ontwikkeld. Na een uitgebreide intake kiezen ze uit hun ‘gereedschapskist’ voor elk kind een mix van de meest kansrijke hulpmaatregelen. Achteraf toetsen ze bij elk kind of de hulp het beoogde effect heeft opgeleverd. Speciaal hiervoor is er de Child Status Index Tool. Het stelt een regionale sociaal werker in staat om te toetsen wat de verbetering is in het welbevinden van het kind. Waardevolle informatie die de stichting inzet om steeds beter te worden in hulp verlenen.”

5.Wat draag ik bij aan een betere wereld?

De definitie van een betere wereld komt op wereldschaal samen in de zeventien Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties (VN). Als je duidelijk hebt wat de effecten zijn van wat je doet, komt daarna de hamvraag: ‘Wat dit nu wat ik voor ogen had? En draagt het inderdaad bij aan de betere wereld waar ik voor sta?’.

Vuistregels in de praktijk

Max Foundation

Kayleigh: “Max Foundation is een goed voorbeeld van hoe je als organisatie impact als uitgangspunt kunt nemen. De stichting wil op de meest efficiënte en effectieve manier kindersterfte voorkomen. Ze doen dit met een geïntegreerde aanpak. Ze werken niet alleen op het gebied van water, sanitatie en hygiëne (WASH), maar bieden ook programma’s op het gebied van veilig moederschap en voeding (HEALTH). Met deze aanpak draagt Max Foundation bij aan de SDG’s 2, 3 en 6. Deze staan voor ‘geen honger’ (SDG 2), ‘goede gezondheid en welzijn’ (SDG 3) en ‘schoon water en sanitair’ (SDG 6).”

Zicht op onze gezamenlijke impact

Koosje vult aan: “Diezelfde vraag kunnen we onszelf ook stellen als collectief. Door als filantropische sector deze duurzame doelen van de VN te omarmen, kunnen we onze gezamenlijke ‘impact’ zichtbaar maken. Het merendeel van de activiteiten van goede doelen en andere maatschappelijke organisaties laten zich heel goed vertalen in SDG’s. Zeker als u ook de subdoelen en indicatoren erop naslaat. De social handprint van MAEX kan u hierbij helpen. Op basis van een vragenlijst berekent het systeem aan welke SDG’s uw organisatie bijdraagt.”

Gerjob Lootens
Impact & Innovatie CBF, toezichthouder goede doelen

“De vraag is: maak je waar wat je belooft? Organisaties met een maatschappelijke missie beloven in feite een betere wereld. Waarmaken wat je belooft is meer dan doen wat je belooft. Het gaat niet om het uitvoeren van plannen, maar om verantwoordelijkheid nemen voor het uiteindelijke effect van wat je doet. De vijf vuistregels geven daarin houvast.”

Meer weten over de vijf vuistregels?

Kayleigh benadrukt tot slot: “Elk nieuw initiatief begint met een gedegen onderzoek. Wij kijken met de klant mee naar welke vergelijkbare initiatieven er al zijn en wat er al over het onderwerp is onderzocht en geschreven.” Koosje maakt melding van een kennissessie rond de vijf vuistregels. “Op 25 maart van 09.30-10.30 uur organiseren we samen met het CBF een online event. We laten dan een vermogensfonds aan het woord om hun ervaringen met het realiseren van impact te delen. Omdat we er een interactief karakter aan willen geven, kunnen we maximaal 20 deelnemers ontvangen. Wilt u deze pilot graag bijwonen? Stuur dan een e-mail naar koosje.ploegmakers@nl.abnamro.com. Wie het eerst komt, het eerst maalt.”

 

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.