Al anderhalve eeuw is landgoed Pijnenburg in handen van dezelfde familie. Per Insinger (70) heeft de afgelopen dertig jaar het beheer op zich genomen. Terwijl het landgoed rust en schoonheid uitstraalt, worden de uitdagingen steeds groter. Stijgende kosten en dalende inkomsten zetten de toekomst onder druk. In de tussentijd is Per hard op zoek naar manieren om het voortbestaan van het landgoed veilig te stellen.
Al 160 jaar familie-erfgoed
‘Ons landgoed telt zo’n 350 hectare en ligt tussen Baarn en Lage Vuursche. Het is twee keer zo groot als het landgoed van de buren: Paleis Soestdijk. Onze familie beheert het al meer dan 160 jaar, waar ik best trots op ben. Van het beheer heb ik de laatste dertig jaar voor mijn rekening genomen. Als kind kwam ik geregeld op het landgoed, vooral in de zomervakanties. Daar heb ik goede herinneringen aan. Sinds het overlijden van mijn vader, in 2008, woon ik hier. De kern van het landgoed vormt Buitenplaats Pijnenburg, een van de 552 historische buitenplaatsen in Nederland.’
‘Onze familie beheert Pijnenburg al meer dan 160 jaar’
Groene recreatie voor miljoenen bezoekers
‘Wij zijn samen met Staatsbosbeheer de enigen die voorzien in groene recreatie voor de gemeente Baarn. Dat doen we voor eigen rekening en risico. Bezoekers kunnen bij ons wandelen, sporten en ontspannen in de natuur. Jaarlijks tellen we hier zo’n 3,5 miljoen wandelaars, fietsers, ruiters en mountainbikers. Het draagvlak voor het behoud van deze prachtige natuur is bij deze grote groep bezoekers erg groot. De erkenning vinden we niet terug in het beleid of de steun van de overheid. Om op ons landgoed te recreëren hoeven bezoekers niets te betalen, dus eigenlijk zijn we een soort liefdadigheidsinstelling.’
Verschillende kanten aan een groot natuurgebied
‘Het onderhoud van zo’n groot natuurgebied is kostbaar, wat het absoluut noodzakelijk maakt om economische dragers te hebben die dit bekostigen. Groen ondernemerschap is een bittere noodzaak. Ons voornaamste doel is de continuïteit te waarborgen en draagvlak te creëren bij gemeente en provincie om passende economische dragers te ontwikkelen. We zorgen voor de nodige werkgelegenheid, denk aan houtverwerkers, tuinlieden, bosarbeiders, loodgieters, aannemers et cetera. Ook hebben we een dagbestedingsproject met stichting Sherpa, waarbij veertien mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt met veel plezier in onze bossen komen werken.’
De lasten en lusten tegen elkaar opwegen
‘Aan het beheer en onderhoud van Pijnenburg heb ik een dagtaak. Daarnaast ben ik veel tijd kwijt met praten met allerlei overheden. Alleen al de onderhoudskosten bedragen tonnen per jaar. Subsidie krijgen we wel, maar alle terreinbeheerders ontvangen dezelfde subsidie. Een vereniging als Natuurmonumenten krijgt ook nog geld van de Nationale Postcode Loterij: vorig jaar 23 miljoen euro. Wij niet, omdat we particulier zijn.’
‘Vroeger waren ons hout- en agrarisch bedrijf nog redelijke inkomstenbronnen, maar die zijn helaas vrijwel opgedroogd. Bij ons vind je onder andere Klimbos Lage Vuursche, vijf vakantiehuisjes en een theehuis. Over ons landgoed loopt een van de langste en mooiste mountainbiketracks van Nederland. Maar dat levert bij elkaar niet veel op, terwijl het aantal bezoekers in rap tempo stijgt. We zijn trots op ons landgoed, maar de balans tussen de lasten en de lusten raakt steeds verder uit evenwicht.’
Het stokje doorgeven
‘Maar goed, ik ben nu zeventig, ik voel me megafit en ben gedreven om door te gaan. We denken uiteraard wel na over mijn opvolging. Daarover zijn we regelmatig in gesprek, vooral met mijn zus, die mede-eigenaar is. Het is mooi als de volgende generatie Pijnenburg te zijner tijd overneemt.’
Feiten
Wie: Per Insinger (70)
Wat: Landgoed Pijnenburg