Een slecht bericht van de dokter kan mensen aan het denken zetten over de erfbelasting. Zo wijzigde een echtpaar hun eigendomsaandeel in de huwelijksgemeenschap van 50/50 naar 90/10, waarbij de zieke echtgenoot 10 kreeg. Dat pakte zeer gunstig uit. Door een wetswijziging is er voor nieuwe gevallen geen belastingvoordeel meer te behalen. Voor de legitieme portie kan een ‘ongelijke breukdelengemeenschap’ nog wel meerwaarde hebben. Verder worden bestaande gevallen gerespecteerd.
Een situatie uit de rechtspraak
Een echtpaar was getrouwd in gemeenschap van goederen, wat betekende dat ze samen eigenaar waren van hun vermogen. Toen duidelijk werd dat de man als eerste zou overlijden, veranderden ze hun 50/50 verdeling naar een 90/10 verdeling in het voordeel van de vrouw. Hierdoor viel de nalatenschap van de man binnen de erfbelastingvrijstelling van de vrouw, waardoor zij geen tonnen aan erfbelasting hoefde te betalen.
Voorbeeld met fictieve cijfers:
Het gezamenlijke vermogen bedraagt € 5 miljoen. De nalatenschap van de man zou € 2,5 miljoen bedragen. Na het opstellen van huwelijkse voorwaarden, bedraagt de nalatenschap van de man € 500.000. De partnervrijstelling voor de erfbelasting voor de vrouw bedraagt afgerond maximaal € 805.000. Bij deze getallen bedraagt de besparing aan erfbelasting € 323.000.
Zijn vermogensverschuivingen een schenking?
Een huwelijk kan leiden tot vermogensverschuiving. Tot 1 januari 2018 was dit duidelijk bij het stelsel van algehele gemeenschap van goederen, waarbij de vermogens van echtgenoten werden samengevoegd zonder dat dit als schenking werd beschouwd. Dit geldt nog steeds als zo'n regeling in huwelijkse voorwaarden wordt afgesproken, zelfs als een miljonair trouwt met iemand zonder vermogen.
Vanuit het oogpunt van overlijden en erfbelasting is dit gunstig. In het kort: het is voordelig als een groot vermogen in twee kleinere stappen wordt geërfd. Lees meer hierover in ons artikel “De voordelen van een gelijke vermogensverdeling voor de erfbelasting”.
Er was lang discussie over of schenkbelasting van toepassing is bij een beperkte gemeenschap van goederen. De Hoge Raad heeft hierover een uitspraak gedaan. Lees ons artikel “Een aanslag schenkbelasting als huwelijkscadeau” voor meer informatie.
Een vermogensverschuivingen tegen het verkeer in?
In de 90/10-gemeenschapscasus werd een bestaand huwelijk met een 50/50-verdeling van het vermogen gewijzigd naar een 90/10-verdeling. Dit gebeurde in een situatie zonder kinderen en met een groot vermogen, waardoor men fiscaal nieuw terrein betrad. Bij aanwezigheid van kinderen is een 50/50-verdeling meestal optimaal.
De vraag was of de regel dat vermogensverschuivingen via het huwelijksvermogensrecht onbelast zijn, ook hier van toepassing is.
Een spel zonder nieten?
Als men niets had gedaan, zou de man 50% hebben nagelaten. Nu liet hij 10% na, met het risico dat de Belastingdienst dit als een schenking van 40% beschouwt en belast. De schenk- en erfbelasting kennen verschillende vrijstellingen, waardoor een verschil in uitkomst kan ontstaan. ‘Hoog over’ kan de vrouw er echter niet op achteruit gaan, maar er is wel de kans op een fiscale procedure. En die is er ook gekomen. De Belastingdienst ziet het als een schenking van 40%.
Hoge Raad: het kan door de beugel
De kwestie is uiteindelijk bij de Hoge Raad terechtgekomen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het aangaan van huwelijkse voorwaarden in dit geval geen schenking is, wat overeenkomt met eerdere uitspraken. Het kan echter in uitzonderlijke gevallen wel wetsontduiking zijn. Dan zou sprake moeten zijn van een vermogensverschuiving zonder andere betekenis dan erfbelasting vermijden, wat niet werd vastgesteld. De vrouw kreeg gelijk, maar de vraag wanneer huwelijkse voorwaarden over de grens gaan, blijft open.
Een wetswijziging
De Belastingdienst heeft vastgesteld dat er gebruik wordt gemaakt van de uitspraak. De wetgever beschouwt dit als ongewenst en stelt daarom voor de wet aan te passen. Deze wetswijziging is onderdeel van het Belastingplan 2026 en zal per 1 januari 2026 van kracht worden (mits aangenomen). Volgens de wijziging zal hetgeen meer dan 50% wordt verkregen als een erfenis belast worden. In de 90/10-casus zal de vrouw dus over 40% erfbelasting moeten betalen (naast de 10% die de man daadwerkelijk naliet).
Bestaande afspraken worden echter gerespecteerd. Ongelijke breukdelengemeenschappen of een finale verrekenbedingen met ongelijke breukdelen die vóór 16 september 2025 16:00 uur (datum Prinsjesdag) zijn overeengekomen, worden niet getroffen door deze wijziging. De uitzondering komt te vervallen indien de betreffende huwelijkse voorwaarden op dit punt worden gewijzigd.
Privévermogen buiten de huwelijksgemeenschap houden
Stel dat de ongelijke huwelijksgemeenschap is ingegeven door de situatie dat één van de echtgenoten een groter vermogen heeft. Het grotere aandeel in de huwelijksgemeenschap voor deze echtgenoot is dan niet ingegeven door het besparen van erfbelasting, maar door het behouden van de aanspraak op het vermogen. De maatregel dat erfbelasting moet worden betaald over alles boven 50% geldt echter ook in deze situatie. Een ‘workaround’ is om vermogen buiten de 50/50-huwelijksgemeenschap te houden. Een voorbeeld:
Partners A en B hebben elk een vermogen van 100. Partner A heeft daarnaast een vermogen van 50. Ze willen trouwen in gemeenschap van goederen, maar A moet een aandeel hebben dat bij aanvang van het huwelijk recht geeft op 150 en B moet recht hebben op 100. Een 60/40-huwelijksgemeenschap bereikt dit, maar levert heffing van erfbelasting op. Het alternatief is om een 50/50-gemeenschap aan te gaan, waarbij de bezitting van A van 50 buiten de huwelijksgemeenschap blijft.
Huwelijksgemeenschap en de legitieme portie
Een 90/10-huwelijksgemeenschap biedt geen voordeel meer voor de erfbelasting. Vanuit juridisch perspectief heeft het in sommige gevallen toch meerwaarde. Stel dat de man in de casus kinderen had uit een eerdere relatie en hij die kinderen wilde onterven. De kinderen hebben een legitieme portie, maar die is een stuk kleiner als die wordt berekend over 10 in plaats van over 50. Als het tot stand brengen van de 90/10-gemeenschap geen schenking is, moeten de kinderen genoegen nemen met een kleinere aanspraak. De vrouw zal wel over 40% erfbelasting moeten betalen.
Conclusie
De 90/10-huwelijksgemeenschap om erfbelasting te besparen, kan worden verplaatst naar het geschiedenisboek van de erfbelasting. Toch moeten we de mogelijkheid niet helemaal vergeten, omdat het vanuit de invalshoek van de legitieme portie meerwaarde kan hebben. En al bestaande ongelijke huwelijksgemeenschappen worden gerespecteerd.