Direct naar content
4 min. leestijd

Bij ons thuis willen we het tij keren voor wat betreft klimaatverandering. Wij eten bijvoorbeeld vrijwel geen vlees en we vliegen maximaal één keer in de drie jaar. In algemene zin ben ik hoopvol dat we gestelde klimaatdoelen gaan halen. Toch zakt soms ook bij mij de moed in de schoenen. Bijvoorbeeld na een rondje buurten in mijn jaren 30-buurt.

Overheden aan zet

Veel van mijn buurtgenoten zijn ook aan het onderzoeken hoe ze kunnen verduurzamen. De stijging van gasprijzen en klimaatverandering zijn veelgehoorde argumenten. Tegelijkertijd hoor ik ook dat veel mensen wachten. Een weekje naar de zon tijdens een druilerige herfstvakantie is toch een fijnere besteding dan een zolder isoleren, wat rommel geeft. En dan komt er altijd weer de vraag of die energiebesparing op kleine schaal nu wel het verschil maakt? Zijn overheden niet aan zet tijdens de komende klimaatconferentie in Glasgow? Daar zit toch de oplossing, niet bij mij als simpel individu?

Na het afspreken van de klimaatambities in het akkoord van Parijs, is nu in Glasgow inderdaad de tijd gekomen om te kijken welke maatregelen wereldleiders met elkaar kunnen afspreken. Het rapport van het ‘Intergovernmental Panel on Climate Change’ (“IPCC”) geeft een goede samenvatting van de academische consensus op het gebied van klimaatverandering. Wetenschappers waarschuwen dat een temperatuurstijging veel hoger kan uitpakken. Het is dus hoog tijd om beleidskeuzes te maken, zoals bijvoorbeeld de introductie van een wereldwijde prijs op broeikasgassen. Het wordt spannend, want tijdens eerdere klimaatconferenties, zoals in 2019 in Madrid, konden landen het niet eens worden over een internationale aanpak.

Hardlopen langs de snelweg

Wat tijdens eerdere klimaatconferenties onmogelijk was, bleek tijdens de coronacrisis toch te kunnen. Tijdens de eerste lockdown in 2020 daalde de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk in een korte tijd. Een paar weken kon ik prima hardlopen langs de A1 en hoorde ik vogels in de binnenstad van Amsterdam.

Vanzelfsprekend ben ik blij dat deze crisis ten einde komt, tegelijkertijd ben ik teleurgesteld dat we qua uitstoot weer terug zijn bij af. Het laat niettemin zien dat het wel degelijk mogelijk is om onze uitstoot te reduceren. Net als mijn buren hoop ik dan ook dat de wereldleiders met een oplossing komen waarbij de economische gevolgen minder dramatisch zijn dan bij de coronacrisis. Het is in ieder geval wel duidelijk dat overheidsmaatregelen effect kunnen hebben op onze uitstoot.

Mogelijke effecten op beleggingen

Wat kan dit voor bedrijven -en daarmee ook voor beleggingen in bedrijven- betekenen? Als de prijs op CO2 omhoog gaat betekent dat hogere kosten voor bedrijven die uitstoten. Als er normen en regels komen dan kan het zijn dat bepaalde activiteiten moeten stoppen, met of zonder compensatie vanuit de overheid. Ik hoor u denken: “Net als tijdens de coronacrisis dus?” In dit geval zal het gaan om een verschuiving van activiteiten. Van activiteiten met uitstoot, naar activiteiten zonder uitstoot. Ondanks dat die verschuiving kosten met zich meebrengt hoeft dit niet minder rendabel te zijn. De verkoop van producten en diensten zonder (of met minder) uitstoot heeft namelijk de potentie sterk te groeien.

Het is belangrijk om te beoordelen welke bedrijven moeten veranderen, om te analyseren of dit kan en op welk termijn. Sommige bedrijven kunnen of willen hun businessmodel niet veranderen en dat kan gevolgen hebben als nieuwe wet- en regelgeving van kracht wordt. Dit noemen we transitierisico, het risico dat bedrijven niet (op tijd) veranderen. Daarnaast is er ook fysiek klimaatrisico. Dat is het risico dat activiteiten en bezittingen in het geding komen door extreem weer, zoals hitte en overstromingen.

Om deze risico’s te beperken is het zinvol om in koplopers op gebied van duurzaamheid te beleggen. Dit zijn bedrijven die al geruime tijd verduurzamen en logischerwijs hebben deze bedrijven minder last kunnen van negatieve gevolgen van veranderende regelgeving. Een bedrijf dat weinig of geen CO2 uitstoot is vanzelfsprekend minder kwetsbaar bij een hoge CO2-prijs. Bij bedrijven die nog niet zo ver zijn is het soms mogelijk invloed uit te oefenen. Bijvoorbeeld door voor klimaatresoluties te stemmen op aandeelhoudersvergaderingen.

Het in kaart brengen van fysieke klimaatrisico’s is een lastige opgave, vooral omdat er nog veel onbekend is over extreem weer en de regio’s die hier mee te maken krijgen. Een voordeel is dat het werken aan de transitierisico’s op termijn ook de fysieke risico’s kan beperken. Dus door uitstoot te beperken, verkleinen we mogelijk financieel risico en op termijn ook fysieke risico’s.

Vraag en aanbod in harmonie?

De vraag is of de puzzel daarmee compleet is. Regelgeving en mogelijk ook beleggers kunnen invloed hebben op de producten en diensten die bedrijven aanbieden. Maar minstens zo belangrijk zijn de afnemers. Zolang er vraag is naar olie en gas (en zolang produceren mag), zullen bedrijven dit aanbieden. Als regelgeving of beleggers dit bemoeilijken neemt de vraag niet af, maar het aanbod mogelijk wel. En een beetje minder aanbod bij gelijke vraag kan al snel een prijsopdrijvend effect (of schaarste) met zich meebrengen. Dat zien we nu bijvoorbeeld met de stijgende gasprijzen.

Het is dus belangrijk dat we in harmonie verduurzamen. Al lijkt het soms dat onze individuele daden weinig effect en impact hebben, collectief kunnen (en moeten) we het verschil maken. Als we collectief isoleren neemt de vraag naar gas af. Bedrijven, overheden en burgers, iedereen zal moeten bijdragen aan oplossingen. Er is nu eenmaal geen eenvoudige, pasklare oplossing bij deze transitie.

Zo kom ik terug op die buurman die ik hoorde zeggen dat een beetje verduurzamen op kleine schaal maar weinig zin heeft. “Als je echt duurzaam bent, moet je gewoon energieneutraal bouwen in een nieuwbouwwijk!” Deze buurman heeft duidelijk wat gelezen, maar toch moet ik hem laten weten dat ik het niet met hem eens ben. Nieuwe huizen zijn conform bouwbesluit inderdaad vrijwel energieneutraal, daar werken de overheidsregels al. “Waar de uitdaging zit is bij onze oude huizen, daar kun je verschil maken,” liet ik hem na ter overpeinzing.

Want het vooruitzicht om over een x-aantal jaar tijdens de herfstvakantie lekker warm thuis te kunnen zitten, met beperkte natte voeten, na een wandeling (langs de snelweg), dat vooruitzicht, lijkt mij toch de moeite waard.

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.