Nederlanders geven veel aan goede doelen. Uit onderzoek van ABN AMRO MeesPierson blijkt dat 83 procent van de vermogende klanten vorig jaar doneerde aan een goed doel. De meest genoemde reden: een bijdrage leveren aan de maatschappij. Daar krijgen gevers ruim baan voor van de terugtredende overheid, die meer zaken aan de burgers overlaat. Niet alleen in Nederland, wereldwijd zien we dat overheden zich terugtrekken en snijden in de subsidies voor bijvoorbeeld ontwikkelingshulp. Maatschappelijke organisaties en donateurs moeten daar een nieuwe weg in vinden. Filantropie kan bijdragen aan een duurzame oplossing.
Wat opvalt in onze onderzoeken is dat donateurs vooral aan doelen dicht bij huis geven. Ze doneren het liefst aan landelijke (45 procent) en lokale initiatieven (39 procent). Logisch, het is fijn om met eigen ogen te zien wat er met de donatie gebeurt. Een wandeling in een beschermd natuurgebied waar een gever zelf aan bijdraagt, geeft een extra goed gevoel. Ook problemen in de nabije omgeving vormen een belangrijke stimulans om te geven. Klanten zijn bijvoorbeeld geraakt door de stille armoede in Nederland en de toenemende vraag naar schoolontbijtjes en hulp van voedselbanken.
Noodhulp
Toch kunnen ook maatschappelijke doelen buiten onze landgrenzen rekenen op steun. Internationale hulp staat nog steeds hoog op de lijst van onderwerpen waar donateurs graag aan bijdragen. Maar dit gaat veelal om noodhulp, bijvoorbeeld via Giro555.
De rol van filantropie
Donaties aan goede doelen in niet-westerse landen is belangrijk. Het is geld dat verandering en innovatie kan aanjagen. Filantropisch geld is flexibeler inzetbaar dan overheidsgeld. De organisaties kunnen snel inspelen op urgente behoeften en zijn vaak bereid om risico’s te nemen door te investeren in innovatieve oplossingen die zich nog niet bewezen hebben. Met filantropisch geld zijn innovaties als de anticonceptiepil en recent een malariavaccin tot stand gekomen.
Relevantie aantonen
De effecten daarvan zijn overal in de wereld zichtbaar. Zo zijn extreme armoede en de moeder-kindsterfte rond de geboorte in niet-westerse landen de afgelopen decennia fors afgenomen. En in landen in zuidelijk Afrika daalt het aantal patiënten met hiv-aids al jaren. Mede door de inspanningen van hulporganisaties en de giften van particulieren. Helaas is er een dalende trend in donaties aan internationale goede-doelenorganisaties. Een belangrijke oorzaak lijkt te zijn dat goede doelen minder verbinding hebben met donateurs. Dit kan komen doordat de organisaties ver weg werken en de geboden hulp minder zichtbaar, concreet of meetbaar is. Daar ligt voor goededoelenorganisaties een taak: zij moeten aantonen hoe relevant ze zijn. Zeker jonge generaties verwachten transparantie en inzicht in de impact van de hulp. Gelukkig maken steeds meer goede doelen inzichtelijk hoe ze giften inzetten. Ze laten zien wat er al is bereikt en wat ze met donaties doen.