‘Commercie is niks voor mij, dacht ik. Laat dat handelen maar aan mijn broers over. Toch ben ik het bedrijf ingerold. Het begon als een toevallige samenloop van omstandigheden’, vertelt Denise. ‘Op het punt dat ik niet goed wist wat ik wilde in mijn carrière kwam er een plek op de HR-afdeling vrij. De rol leek mij wel interessant. Ik dacht: als het niet bevalt, stap ik weer op. Maar dat liep allemaal heel anders dan gepland.’
Haar broer Frank (41) werkt op dat moment al in het bedrijf. Broer Stuart (34) volgt later. Met haar vader heeft ze maar vijf jaar samengewerkt. In 2011 wordt hij ziek en drie jaar later overlijdt hij. ‘Dat was zo’n rare tijd. Het was crisis. Ik was net moeder geworden en toen werd mijn vader ook nog ziek. Mijn broer en ik hadden nog niet de ambitie om het bedrijf over te nemen. Ik had eerlijk gezegd ook geen idee hoe hij het bedrijf runde, mijn vader liet niet makkelijk meekijken.’
Het verschil maken
Denise en haar broer besluiten uiteindelijk een directeur van buitenaf aan te trekken. ‘Toen ging er eigenlijk een hele nieuwe wereld voor mij open. Van hem leerde ik dat een bedrijf runnen vooral betekent dat je heel veel keuzes maakt. Wie wil je zijn als bedrijf en hoe richt je dat zo goed mogelijk in? Steeds vaker dacht ik: dat kan ik ook, misschien zelfs wel beter. Ik geef echt om de mensen. In mijn ogen is dat heel belangrijk.’ Door de financiële crisis moest er noodgedwongen gereorganiseerd worden. Dat zette Denise extra aan het denken. ‘Ik vroeg mij af waar wij als bedrijf voor staan, wat we mensen willen meegeven en hoe ze zich hier optimaal kunnen ontwikkelen.’
Als de nieuwe directeur ook binnen twee jaar ziek wordt en overlijdt, voelt Denise dat dit haar tijd is. ‘Stiekem vroeg ik me af waarom de Raad van Advies mij niet vroeg voor een directeursfunctie. Op een gegeven moment werd ik ongeduldig en klopte ik zelf maar aan. Uiteindelijk kwam de aap uit de mouw: ze wilden dat ik zelf zou opstaan, dat had ik bij dezen gedaan. Het voelde goed. Ik wist dat ik met gezond verstand en heel veel liefde echt het verschil kon maken.’
Je runt het bedrijf met je twee broers, hoe is dat?
‘Als je met elkaar bent opgegroeid, dan zijn de banden en verhoudingen diep geworteld. Het is daarom belangrijk om helder te hebben wie je bent tijdens een gesprek. Daarvoor hebben wij de hulp van een coach bij gezocht. Dat gaat niet vanzelf, het is best complex. Je wilt beide banden goed houden: de emotionele band en de zakelijke band. Gelukkig hebben we een gemeenschappelijk doel: we willen het samen heel erg goed doen. Je leert door te praten, daar ben je toe gedwongen. Praten versterkt de band. Eigenlijk is dat de kers op de taart, want we hebben elkaar zoveel beter leren kennen doordat we samen een bedrijf runnen.’
‘Als directeur van een bedrijf werk je sowieso veel en hard. Nu kan ik al die tijd met mijn familie doorbrengen, dat vind ik heel erg fijn. Mijn vader had nooit veel vrienden, wel veel zakelijke relaties. Ik vond dat altijd raar, maar nu snap ik dat wel. Zakelijke relaties worden ook vaak vrienden. Het is gewoon lastig om naast het runnen van een bedrijf en een gezin ook nog een sociaal leven te hebben. Daarom vind ik het extra waardevol om dit met mijn broers te doen. Natuurlijk zijn wij ook tegen dingen aangelopen, daar leer je van. We spreken nu bijvoorbeeld af wanneer we niet over de zaak praten.’