Direct naar content

U heeft de afgelopen jaren aandelen van uw werkgever in privé gekocht of gekregen. De zaken gaan goed, zo goed zelfs dat de aandelen fors in waarde zijn gestegen. U mag ze verkopen. U verkoopt ze. U voelt zich ineens rijk.

Moet u belasting betalen over de verkoopwinst?

Een aandeel valt in de meeste gevallen of in box 2 of in box 3. Bezit u ten minste 5% van alle aandelen van een bedrijf? Dan vallen de aandelen doorgaans in box 2. In de andere gevallen vallen de aandelen in box 3. Er is bijvoorbeeld sprake van een aanmerkelijk belang als u samen met uw fiscaal partner ten minste 5% van de aandelen bezit in een bedrijf.

Is uw belang kleiner dan 5%, en hebben uw (groot)ouders en/of (klein)kinderen wel een aanmerkelijk belang in dezelfde vennootschap? Dan heeft u ook een aanmerkelijk belang.

Box 2

Stel, uw aandelen behoren tot een aanmerkelijk belang. Als u (een deel van) deze aandelen verkoopt, moet u over de verkoopwinst 25% aanmerkelijkbelangheffing betalen in box 2. De verkoopwinst is meestal het verschil tussen de verkoopprijs en de prijs die u voor deze aandelen heeft betaald. De verkoopopbrengst gaat naar box 3. Voor zover deze opbrengst op 1 januari van het volgende kalenderjaar dan tot uw box 3 vermogen behoort, moet u daarover inkomstenbelasting betalen in box 3 (vermogensrendementsheffing).

Box 3

Stel, uw aandelen behoren niet tot een aanmerkelijk belang. Bij de verkoop van (een deel van) deze aandelen hoeft u over de verkoopwinst geen inkomstenbelasting te betalen. De verkoopwinst van bezittingen in box 3 is niet belast, omdat u al jaarlijks inkomstenbelasting moet betalen over de waarde van uw vermogen in box 3 op 1 januari. Uiteraard voor zover de waarde van de aandelen en uw overige bezittingen in box 3 hoger is dan de algemene vrijstelling in box 3 (voor alleenstaanden € 30.000 en voor diegenen met een fiscaal partner samen € 60.000) en andere, specifieke vrijstellingen. De verkoopopbrengst telt wel mee bij de bezittingen in box 3 vanaf het volgende kalenderjaar.

Opties

Heeft u opties? Dit zijn rechten om direct of indirect aandelen te kopen. Voor opties geldt ongeveer dezelfde regeling als voor aandelen. Heeft u bijvoorbeeld samen met uw partner opties, waarmee u ten minste 5% van aandelen kunt kopen? Dan moet u over de verkoopopbrengst 25% aanmerkelijkbelangheffing betalen.

Bij opties speelt vaak nog iets anders. Vaak krijgen werknemers van hun werkgever aandelenopties. In de meeste gevallen moet u over bijna alles wat u van uw werkgever krijgt, loonbelasting betalen. Sinds 2005 behoort niet de waarde van een aan de werknemer toegekend aandelenoptierecht tot het loon, maar de verkoopopbrengst bij uitoefening of vervreemding. Deze loonbelasting moet de werkgever betalen, maar verrekent die met u. Er moet dus uitsluitend belasting worden betaald bij realisatie.

Sinds 2018 geldt onder voorwaarden een gedeeltelijke vrijstelling bij aandelenopties in innovatieve start-ups. De vrijstelling bedraagt per kalenderjaar 25% van het bij realisatie behaalde voordeel voor zover dat voordeel niet hoger is dan € 50.000. De maximale vrijstelling per kalenderjaar is dus € 12.500.

Vermogensplanning

Nu u in één keer een nettobedrag heeft ontvangen, komt wellicht de vraag bij u op wat u hiermee zou kunnen doen. Bijvoorbeeld uw hypotheek aflossen? Een (ander) huis of vakantiehuis kopen? Eerder stoppen met werken? Een ander laten meegenieten?

Een specialist vermogensplanning geeft u meer inzicht in welke mate uw wensen realiseerbaar zijn.

Heeft u een vraag over dit artikel?

De specialisten van ABN AMRO MeesPierson komen graag met u in contact.